Omdat Leo Vroman dood is, en helden niet dood mogen gaan. Maar aan de andere kant, helden gaan nooit dood, nooit echt, nooit helemaal! Hier een gedicht van zijn hand.

Het wordt wel weer tijd dat ik nieuwe dichters ga ontdekken trouwens, want nu Rutger Kopland en Leo Vroman beide niet meer onder ons zijn geloof ik dat ik nog maar weinig dichters leed die onder de levenden zijn.

Veel heden hoe

Een half petje kip,
een popotamus hip,
twee muisjes vleer,
vier hanen weer,
acht beelden voor,
zestien kijkjes door,
twee en dertig vliegjes vuur,
vier en zestig kastjes muur,
honderd acht en twintig fouten druk,
een kippetje tuk?
twee honderd zes en vijftig stokken tover,
vijf honderd twaalf tochten over,
en ongeveer
duizend minnen meer

Uit de oude doos, werken in Friesland

Ik was 19 en had een droom. Werken in een recreatieteam op een camping of bungalowpark. Dus solliciteerde ik voor een baantje bij het Noord Nederlands Bureau voor Toerisme. Ik werd uitgenodigd om een weekendje te komen solliciteren/ trainingen te volgen in Groningen. Vond ik natuurlijk hartstikke leuk en spannend. 
Tijdens de trainingsdagen werden we ook getest op dingen die ze niet van te voren vertelde. Zo werd er bijvoorbeeld verteld dat je onbeperkt mocht drinken, als je maar netjes afturfde wat je gedronken had, zodat je aan het eind kon betalen voor wat je had afgenomen. Er was echter een maar, op was op.  Je kunt je voorstellen dat er een groepje was dat op de eerste avond de voorraad voor het hele weekend opdronk. Waarmee zij de kans op de baan verspeelden. 
Ook moesten we afwassen zonder afwasborstel. Toen we met wc-papier zo goed als mogelijk toch nog probeerde af te wassen scoorde we daar punten mee. Zogenaamd hoefde je nooit mee te helpen met op te ruimen, maar als je net deed alsof je iets opruimde door een beetje heen en weer te lopen met een stoel kreeg je daar natuurlijk weer punten voor. Dat had ik snel genoeg door. 
Toch was ik oprecht verbaasd toen ik het telefoontje kreeg dat mij vertelde dat ik was aangenomen. Ik kon het niet helemaal geloven. Want was ik niet een beetje te verlegen voor dit werk? De meneer die mij het goede nieuws kwam vertellen merkte dan ook op dat ik verbaasd klonk. En dat dat niet nodig was, want ik beschikte kennelijk over de juiste eigenschappen en het verantwoordelijkheidsgevoel dat bij deze functie paste.
Het weekend dat ik naar mijn eerste camping in Groningen ging lazen we op de terugweg dat het NNBT niet meer bestond. Ik zag mijn droom al in duigen vallen. Maar gelukkig werden we overgenomen door Recreatie Oost Nederland. En werd ik de hele zomervakantie lang naar Friesland gestuurd. RON had een iets andere manier van personeel werven en selecteren. Pannenkoeken kleefden aan de muur van ons appartement, de vaat ging vies de kasten in en frikandellen werden gegeten voor het ontbijt. Maar was een geweldige tijd heb ik hier gehad. 
En wat mis ik die vriendschappen die ik daar gesloten heb. Straks toch maar eens kijken of ik mijn collegaatjes van toen kan vinden op Facebook. šŸ™‚ 

Blogreview

Ik dacht dat je wel zou bloggen over je blogreview, tweet Visje. En eerlijk gezegd had ik dat zelf ook gedacht. Maar toen ik ging zitten wilde het blog over mijn eettafel geschreven worden. Dat had ook van alles te doen met de blogreview overigens. Een van de deelnemers gaf namelijk aan dat hij mijn tafel zo mooi vond. Hoewel hij op de nominatie stond om misschien ook vervangen te gaan worden, ben ik daar van afgezien, want inderdaad, het is een prachtige tafel.

Maar ter zake, een blogreview, wat is dat eigenlijk?
Nou daar kan ik kort over zijn. Op maandag avond tussen 20.00 uur en 21.00 is er een groepje twitterende bloggers dat bij elkaar komt om een uurtje te kletsen over allerhande onderwerpen die met bloggen van doen hebben. Ik weet niet meer hoe het kwam, maar ik was wat aan het grappen met een van de organisatoren en voor ik het wist had ik mezelf ineens opgegeven voor de volgende review. Waarbij al die hele leuk, lieve maar ook erg kritische mensen dus naar mijn blog kwamen kijken om daar hun blik op te werpen.

Allereerst moet de blogger een vraag beantwoorden die simpel lijkt, maar dat in mij geval niet is. Namelijk wie ben je, hoe lang blog je, waarom blog je en waarover blog je.

Ik ben Miss Artemis, zo ver kom ik nog wel, ik blog sinds 2008, eerst op een web-log blog, maar dat hield op met bestaan dus nu blog ik ook al weer een paar jaar op Miss Artemis. Ik blog omdat ik het leuk vind over, hekserij en spiritualiteit, mijn werk, en dus ook over kinderen, over groen zijn en doen, over (homo) emancipatie, over muziek, musea, boeken die ik lees, eigenlijk over alles wat er in mij op komt. Probeer dat maar eens in 140 tekens te proppen. Ik heb het mezelf er makkelijk van af gemaakt door het samen te vatten als: ik blog over alles wat er in mij op komt.

Hoe leuk dat is daar waren de meningen nogal over verdeeld.

Ik kreeg reacties als “Eigenlijk heb ik geen idee waar je over blogt, is dat erg?” tegenover reacties als “Je blog gaat wel degelijk iedere keer ergens over, alleen niet steeds over hetzelfde.”

Over een ding was bijna iedereen het eens, die achtergrond, die is toch wel heel erg druk, en de sidebar daardoor bijna niet te lezen. Of ik dat niets iets transparanter kon maken. Uhhhh oke, help!!! Dat kan ik natuurlijk niet, dit is gewoon een standaard achtergrond. Inderdaad een beetje druk, maar hoe kan dat ook anders met een blog dat over zoveel dingen gaat? Dat hoort toch ook een beetje druk te zijn? Gelukkig werd me van een heleboel kanten hulp aangeboden. Erg fijn!!!

Omdat de heksenblogs de laatste tijd nogal in aantal zijn toegenomen waren daar ook meningen over. De meeste super lief, mensen lijken het echt interessant te vinden om hier meer over te lezen. Aan de andere kant waren er mensen die het maar ver van hun bed vonden. En eigenlijk niet zo goed wisten wat ze ermee aan moesten. Ik kan me dat wel voorstellen.

Als afsluitende vraag kwam nog of ik mijn blogfrequentie niet iets omhoog kon schroeven. Want er zijn dus schatten van mensen die lezen wat ik schrijf en daar plezier aan beleven. <3 <3 <3 voor jullie šŸ™‚ En uhhhhh, ik doe mijn best.

Terug kijkend was het dus een hele lieve blogreview. Met hele nuttige tips. En uhhhh lezers die niet blogpraten, hebben jullie nog iets op of aan te merken? Grijp dan nu je kans šŸ˜‰

Uit de oude doos, musseumnacht

Ik ga al jaren naar de Rotterdamse Museumnacht. In wisselende samenstelling. Deze foto is van een jaar of 5 geleden. Zusje, het meest linker meisje had een baby in haar buik, maar dat wist toen nog niemand. Shopvriendin, de meest rechter persoon op de foto heeft zelf geen zusjes, maar voelt zich eigenlijk wel een van ons. Gelukkig accepteren mijn echte zusjes dat ook. Toen er nog een plekje over was op het vrijgezellenfeestje van mijn andere zusje vond iedereen unaniem dat dat plekje opgevuld moest worden door Shopvriendin. 
Deze foto is me dierbaar. Omdat de avond zo heerlijk relaxt was. Wij nog zo heerlijk jong zijn. En ook omdat dit een van de laatste dingen was die ik met Zusje deed voordat ze moeder werd. Het is daarna een beetje ons jaarlijkse uitje geworden. Op de museumnacht zijn we altijd even jong als op deze foto. En vergeten we even wie we daarbuiten zijn, en welke rollen we moeten invullen. 
De foto is me ook dierbaar omdat ik trots ben op mijn zusje, en op het nichtje dat hier nog in haar buik zit. Omdat ik trots ben op de rol die haar zo goed past! 

De techniek staat voor niets #phot

Vandaag had ik een techniek cursus. Even mocht ik snuffelen aan hoe leuk het is om met kinderen bezig te zijn met techniek. Maar voordat we kinderen enthousiast kunnen maken moeten we eerst zelf enthousiast zijn, was het motto van Henk, onze cursusleider. Dus vooruit, handen uit de mouwen. Met kinderlijk enthousiasme werden we aan het werk gezet. Een zeepkist moesten we maken, niet zomaar een as met wielen eraan, nee er zou iemand in moeten kunnen zitten. (gelukkig was het een prototype op schaal, en hoefde ik er niet zelf in bij het uitproberen)

Wij sloegen aan het ontwerpen. En het pakte goed uit. De zeepkist van Huisgenoot en mij kwam veruit het verst. Stiekem zijn we daar natuurlijk best een beetje trots op.