30 songs 5

Een liedje dat je aan iemand doet denken
Misschien doet dit liedje me niet zozeer aan iemand denken als wel aan een periode. En daarmee als vanzelf aan een persoon. Mama, deze is voor jou! 
Want mijn ouders waren net gescheiden, wij hadden nog geen huis, de omstandigheden waren zo dat bij mijn vader blijven wonen ook niet echt een optie was. Dus leefden wij met zijn drietjes, mama, jongste zusje en ik (middelste zusje was voor de scheiding al weggelopen) in een piepklein kamertje, zonder vloerbedekking en een half beschilderde muur. De rest van de muren was even betonkleurig als de vloer. We hadden niet veel bezittingen, maar we hadden een discman, en cd’s die we kregen bij tijdschriften als OOR, of die we kochten bij de Free recordschop op verschillende treinstations. Drie cd’s voor een tientje! We wilde onze gastheer en gastvrouw, een jong stelletje (Apra en Lenart de kans dat jullie dit lezen is heel erg klein, maar ik ben jullie nog steeds enorm dankbaar) niet te veel tot last zijn. Dus waren we meestal weg, en als we er wel waren zaten we in ons betonnen paleisje op luchtbedden te luisteren naar dit nummer, on and on and on and on.

WOT survivalkit

Laura’s Survivalkit

7 jurkjes met stippen, voor iedere dag 1
4 bordjes met hysterische print
4 kopjes met bemoedigende woorden
Een doos met brieven, handgeschreven
1 vulpen
1 knuffeldier voor als alles even te veel is
een koelkast gevuld met lekker eten
1 laptop om op te kunnen schrijven
20 notitieboekjes, niet van die saaie
een muziek collectie die zich aanpast aan je humeur
kaartjes voor een festival, concert, theater toer, zodat je iets hebt om naar uit te kijken
Een baan die je gelukkig maakt
Een kast gevuld met boeken
potloden zodat je kunt tekenen
vrienden die je steunen
interne bevestiging, (graag een onsje meer)
1 bed om veilig in weg te kruipen
een dak boven je hoofd
familie om te knuffelen
kinderen, wat is een wereld zonder kinderen, leen ze van je buren, je zusje, je vrienden en laat ze je blik verruimen
Liefdevolle aandacht
Een album vol met foto’s
En onbeperkt thee

Verliefd op de droom


“Ik heb je net zolang gedroomd totdat je waar was”, fluisterde hij in mijn oor. En ik keek onwennig weg. Hoewel ik er van overtuigd ben, dat wie wil dat zijn dromen werkelijkheid worden alleen zijn ogen hoeft te openen, was ik toch liever niet die vleesgeworden droom. Bovendien wist ik dat het niet waar was, in zijn droom had ik een cm of 30 langer geweest, en was mijn beroep iets in een kantoor, mijn kledingstijl net iets minder alternatief, maar wel dat creatieve, dat culturele sausje. In mijn droom was hij vooral een vrouw geweest. Maar wel dat reislustige, dat literaire, vegetarische, culturele en bovenal iemand om samen mee weg te kunnen dromen. 
Want dat konden we, dromen! Dromen over opleidingen die we vervolgens niet afmaakten, dromen over boeken die wel in onze hoofden zaten maar die we nooit schreven. Dromen over levens die zo anders waren dan die van onszelf. Dromen over huizen en hoe die in te richten. Dromen over huisdieren. Dromen over kinderen, of nee, toch maar niet. Dromen over muziek die wij componeren zouden. Dromen over dromen. En hoe wij nooit onze ogen open zouden doen, want dromen is veel leuker. 
Soms dan begon een van ons voorzichtig aan een droom. Meestal ik. Maar bleef dan veilig dicht bij de kant van het water, nooit eens die sprong in het diepe, nooit eens een flinke aanloop nemen en gewoon gaan. Om met de hoedenmaker uit Alice in wonderland te speken “i lost my muchnes”. Want vroeger toen ik nog jonger was toen kwamen dromen aan de lopende band uit, ik droomde dagelijks 7 onmogelijke dingen, nog voor het ontbijt. Toen figureerde ik in films, verschenen verhalen van mijn hand zomaar in boeken en werkte ik ineens in het buitenland. Dingen over kwamen mij, omdat ik erin geloofde. Ik moet mijn muchnes weer terug vinden. Ik moet weer leren geloven in sprookjes en dagelijks, nog voor het ontbijt 7 onmogelijke dingen gedroomd hebben! Ik moet weer een droom vinden waar ik heftig verliefd op kan worden, en zoals de Engelse dat zo mooi zeggen, in liefde vallen (falling in love) vol overgave en vertrouwen.

De rode draad kwijt


Gisteren had ik met een aantal bloggers een gesprekje over de rode draad van je blog.
Ik heb geen rode draad, riep ik grappend. En meteen werd ik bevestigd, ik lees je wel trouw iedere keer, maar ik heb geen idee waar je nu over blogt. 
Hoewel het waar is en ik me heel goed kan voorstellen dat men niet weet waar ik over blog,was dat toch even een AU! Momentje. En echt, ik weet het, het is mijn eigen schuld, dan ben ik weer een weekje groen, dan wind ik me op over allerlei misstanden in de wereld, of meer specifiek in mijn wereld, om een volgende keer weer een stukje te schrijven over een geweldig liedje of een prachtig boek. Er zijn zeker wel thema’s in te herkennen, zoals duurzaamheid, boeken en muziek. Soms zie je mij worstelen met mijn werk of hoe ik in het leven moet staan. De goede verstaander (of lezer van mijn vorige blog) zal er af en toe een stukje polyamorie in herkennen. Maar een rode draad? Een alles overkoepelend thema? Dat ontbreekt. 
Eigenlijk is dat niet zo gek. In mijn leven mis ik die rode draad ook. Meer dan eens ben ik opnieuw begonnen. Een nieuw huis, een nieuwe partner, een nieuwe baan, maar altijd in het veilige. Nooit eens echt het roer om. In September heb ik daar een kleine verandering in gemaakt. Ik heb een huis gekocht, in mijn eentje. Helemaal niet veilig. De Gitarist die tijdelijk bij mij logeerde en dat tijdelijk steeds wist te rekken verzocht ik om zelf weer een onderkomen te zoeken. Dood eng! Huisgenoot moest ook maar even met zijn eigen ellende dealen.  Ik had ruimte nodig en die heb ik gekocht. Mijn mini paleisje. 
Vervolgens deed ik wat ik altijd deed. Wachten tot alles vanzelf beter zou gaan. Maar nu ik met griep op bed lig lijk ik het ineens allemaal heel helder te zien. Mijn rode draad is het gebrek aan rode draad. En als die draad er toch blijkt te zijn zit hij heftig in de knoop. Het word tijd om de knopen te ontwarren. Om mezelf opnieuw uit te vinden. Om niet langer te dromen, maar mijn ogen te openen, en de handen uit de mouwen te steken. Ik hou van mijn baan, van de kinderen met hun vrolijke verhalen. Maar niet van de omstandigheden waaronder ik moet werken. Van mijn gatenkaasrooster. (ik werk nu een peuterspeelzaal dienst van half 9 tot half 12 heb dan pauze tot kwart voor drie en moet vervolgens weer tot half 7 werken) Het sloopt me, maakt me kapot, zorgt dat ik nergens meer energie voor heb en opzie tegen maandagen. Dat past niet bij mij. Ik hou van werken, heb altijd een hiep hoi ik mag weer gevoel gehad.
Niet een heel handig inzicht in tijden van recessie. De banen liggen nu eenmaal niet voor het oprapen. Maar wil je echt veranderen, echt opnieuw beginnen, moet je eerste een beetje dood gaan. Ik geloof dat ik dat wil, dat dat is wat moet gebeuren.

30 songs 4 Droevig liedje

Een liedje waar je bedroefd van word
Ooit had ik een vriendinnetje die zulke heftige emoties bij liedjes had dat radio luisteren niet meer tot de mogelijkheden behoorden. Ieder liedje was wel eens op een begravenis gedraaid waar ze geweest was, en anders deed het haar wel denken aan een persoon of plaats die ze naar vond. Als ze zo’n liedje dan per ongeluk toch hoorde, zonder er op voorbereid te zijn, wat je al snel hebt als iets per ongeluk gebeurd, werd ze helemaal overstuur. 
Zelf reageer ik maar zelden zo heftig op muziek. Voor zover ik het me kan herinneren is het me maar een keer overkomen. Ik zat in de auto met mijn vader, stiefmoeder en jongste stiefzusje toen “Open einde” van Rob de Nijs speelde. Niet een liedje dat je heel vaak op de radio voorbij hoort komen, en ik was er niet helemaal op voorbeid het ooit wel daar te horen. Laat staan terwijl ik in een auto zit met mensen waar ik zo weinig emotioneel betrokken ben als deze mensen. Dat liedje, het liedje dat zoveel jaar eerder op de begravenis van mijn oma gespeeld werd, voelde veel te prive om zomaar met deze mensen te delen. En natuurlijk weet ik ook wel dat alleen mijn vader kan weten dat het op de begravenis van zijn toen nog schoonmoeder gedraaid werd, maar dat er een grote kans is dat hij dat niet eens meer weet. En dat dat privegevoel vooral in mijn hoofd zat. En dat er geen reden was om me ineens zo heel erg verdrietig te voelen, omdat ik dit liever met mijn moeder had gehoord. Dan zou datzelfde liedje ineens iets magisch gehad hebben. Dan zouden we elkaar aankijken en denken aan haar. En dan weten dat we allebei aan haar dachten  zonder dat we dat hoefde uit te spreken, gewoon omdat je met dat liedje nu eenmaal niets ander kan dan aan haar denken (tenzij je Belinda Meuldijk bent, want dan zou je gewoon denken aan je hond, omdat je dit lied speciaal voor je hond geschreven had) 
Toch kies ik niet voor Open einde, als liedje waar ik droevig van word. Nee, ik kies voor Gloomy Sunday uitgevoerd door Diamanda Galas. Omdat het zo door merg en been gaat. Omdat ik het ondanks zijn droevigheid ook zo heel erg mooi vind. Omdat ik me niet kan voorstellen dat er ooit een dag komt dat ik dit liedje nooit meer zou willen horen. 

Miss Artemis geeft weg week 3

Hennes en Maurits heeft een actie, als jij je oude textiel inlevert krijg je een kortingsbon van 15 procent op je volgende aankoop. Toevallig ben ik net verhuisd en heb ik toen mijn kledingkast eens onder handen genomen. Het resultaat? 3 vuilniszakken vol kleding die in mijn kelder stonden te wachten tot ik er een goed doel voor vond. Want zomaar weg gooien is ook zo zonde.

Dus ik naar de H&M om te informeren wat zij met die kleding gingen doen. Het zag er goed uit. Voor iedere vezel hadden ze een bestemming. Eerst word er een selectie gemaakt van kleding die er nog goed uit ziet of die makkelijk te repareren is. Die word wereldwijd verdeeld over tweedehandswinkeltjes. De kleding die te kapot is word gebruikt om nieuwe textiel van te maken, en de vezels die dan nog over blijven schijnen in de landbouw prima gebruikt te kunnen worden.

Omdat ik het graag steun dat een groot bedrijf als H&M duurzaamheid onder de aandacht brengt, en omdat ik er oprecht van overtuigd ben dat mijn kleding op deze manier een goede bestemming krijgt besluit ik dat dat deze week mijn weggeef doel gaat worden.

De vuilniszakken worden verdeeld over 8 tassen, en de kortingsbonnen worden uitgedeeld aan mensen in mijn directe omgeving die even iets minder te besteden hebben. Een van de rokjes word er nog even uitgevist en weggegeven aan een vriendinnetje.  Het was mij een paar maten te groot en daardoor bijna nooit gedragen.

Dat ruimt lekker op!

Foto 3 van 30

Something someone i adore

Nijntje draait in de bioscoop, een goede reden om mijn nichtje van 3 mee te nemen voor haar eerste bioscoop bezoek. Het lijkt er even op dat ons hele plannetje niet door kan gaan. Want mevrouw heeft een beetje overgegeven. Maar even later draagt ze haar mama alweer op dat ze vooral tante Lauwra even moet bellen, dan kunnen we tenminste naar de filmp.

De film heeft een interactief begin, Nijntje vraagt of er al kindjes in de zaal zitten. Nou dat heeft ze geweten. Nichtje lief zit er meteen helemaal in en begint enthousiast te roepen dat ze hier zit, naast mama en tante Lauwra. De ander twee kindjes, het is erg rustig, zijn stukken minder enthousiast. Een rolverdeling die van begin tot het eind zo blijft. Mijn nichtje roept, geeft aanwijzingen en zit er echt helemaal in. Regelmatig roept ze “Oh Knorretje”, en ligt dan helemaal in een deuk, want ze doet Nijntje na. (De rest van de middag blijft ze dit te pas en te onpas doen)

Maar dan doet Nijntje iets stoms. Ze zingt een liedje, maar niet het goede liedje. Nichtje is het er niet mee eens. “Nee hoor, Nijntje, zo moet het niet”, roept ze, en dwars door Nijns nieuwe lied heen begint ze te zingen “Nijntje, lief klein konijntje”. Want dat kan natuurlijk zomaar niet, een nieuw lied. Die malle Nijntje, wat haalt ze zich wel niet in haar hoofd.

Vandaag dus een foto van mijn nichtje in de bioscoop. Want als er iemand adoreble is, dan is het deze kleine meid. Ik hoop nog heel veel van dit soort mooie momenten van eerste keren met haar te mogen delen.

Spijkenisse (hoe kan ik je missen, als ik je niet meer herken?)

Laatst was ik in Spijkenisse. Ik kan er niets aan doen, maar tegenwoordig als ik daar ben moet ik denken aan Rick Hoogendoorn. Die er een liedje over schreef dat precies het gevoel dat ik bij Spijkenisse heb omschrijft. Want ik heb ruim 18 jaar in Spijkenisse gewoond, maar tegenwoordig herken ik haar niet, en hoe kun je missen wat je niet herkent?

Ik had afgesproken met mijn (oud)collega’s, een high tea, die toevallig voordelig was in, je raad het al, Spijkenisse. Daarna had ik meteen een afspraak om langs te gaan bij een vriendinnetje die er nog steeds woont. Onderweg van de ene locatie naar de andere treuzel ik. Zou de boekhandel van toen er nog zijn? Die waar ik mijn eerste Expreszo kocht? De Queens Burger met zijn eeuwig zwaaiende clown, waar ik ooit mijn kinderfeestje vierde behoorde al tot het verleden had ik me laten vertellen. Evenals de Wending waar we na schooltijd fluister gesprekken voerde en stenen bekeken. Het theater veranderd in een centrum voor de kunsten en de bibliotheek afgebroken en elders opnieuw opgebouwd.

Waar zat het ook alweer? Was het nu hier links? Of toch rechts? Als ik beide kanten helemaal uitgelopen heb kan ik niet anders dan concluderen dat ook de boekhandel niet langer bestaat. Teleurgesteld sjok ik door. Tot ik voor de Free recordshop sta. Hier kocht ik mijn eerste cd toen ik 7 was. Ik had er voor gespaard, kwam ik bij de kassa, vond die meneer het zo leuk, zo’n klein meisje dat een cd kwam kopen* dat ik meteen korting kreeg. Onbegrijpelijk vond ik toen, wat moest ik nu met het overige geld? Het zal ongetwijfeld terug mijn spaarpot in gegaan zijn tot ik een nieuw doel vond om voor te sparen. Terwijl de herinneringen boven komen loop ik de winkel in. Daar in de hoek stonden toen de singles, daar kocht ik samen met Wietske “One day Fly”, omdat we wilde bewijzen dat iedereen een hit kon scoren. En daar, daar was dat bakje met local heroes, waar ik ooit die gave cd vond met die puzzelstukjes en die gekke geluidjes, maar waar ik niet genoeg geld voor had en die ik later nooit meer vond. Heel gek, met de zoekopdrachten cd met een cover van puzzelstukjes en geluidjes als fietsbellen, grint en elkaar begroetende mensen kom je niet zo heel ver.

In ieder hoekje komt een andere herinnering naar boven, en ik ben blij dat ik in die voor mij vertrouwde maar onbekende stad toch een punt van herkenning vind. Volgende keer TexMex maar weer eens checken!

 *We praten hier over 1989, cd’s waren nog geen algemeen goed

30 songs 3

Een liedje waar je vrolijk van word

Hehe, daar kan ik iets mee! Een liedje waar ik vrolijk van word. Natuurlijk word ik ook vrolijk van Sing a song Sally, maar dat zou een beetje flauw zijn, daar dat al mijn antwoord op vraag 1 was. Als ik mijn muziek collectie in mijn hoofd doorblader hou ik niet zo heel erg van vrolijke muziek. Vroeger wel, toen was ik groot fan van die mevrouw met die mooie krullen. (Gloria Estefan). Tot ik ouder werd en ontdekte dat er meer op de wereld was dan mooie krullen ;). Stiekem word ik natuurlijk nog steeds blij wanneer ik een liedje van Gloria Estefan hoor als ik in de de kroeg een drankje sta te doen. Maar ssssst dat is een geheimpje. 
Als ik vrolijk ben,of vrolijk wil worden zet ik tegenwoordig dit nummer op:

 

Beautiful day van Tessa Boomkamp

 


En? Word jij hier ook vrolijk van?

p.s als je nu denkt waar ken ik die Tessa nu eigenlijk van, ze heeft ook een tijdje gedrumt in Normaal.

50 books vraag 9

Hoe kom jij aan je boeken?
De meeste van mijn boeken koop ik. Een groot deel daarvan komt bij de boekenbeurs vandaan, het is nogal lastig om daar met lege handen vandaan te komen. Zoveel boeken voor kleine prijsjes. Met tassen vol kom ik naar buiten. Daarnaast kijk ik regelmatig tussen de aanbiedingen. En zijn er natuurlijk boeken waarvan ik recensies gelezen heb die me zo aanspraken dat ik ze gewoon moet lezen. Een enkele keer loop ik een boekhandel in en kijk ik net zo lang tot ik iets gevonden heb dat me aanspreekt. 
Ik krijg ook veel boeken. Voor mijn verjaardag bijvoorbeeld. De Gesprekspartner en ik hebben de gewoonte elkaar altijd boeken cadeau te doen. En Visje en Neelis kunnen er ook wat van. Vlak voordat Lief mijn lief niet meer was kreeg ik een stapel boeken die ik naar zijn idee moest lezen, allemaal dode mannen die tot de literatuur gerekend mogen worden waarvan ik naar zijn idee te weinig las. En de halve boekenkast van de vader van een vriend van mij staat hier. 
Heel af en toe leen ik een boek van een vriend of een vriendin, maar boeken lenen bij de bibliotheek doe ik eigenlijk nooit. Durf ik ook niet zo goed. Toen ik nog studeerde heb ik zo’n torenhoge boete opgelopen, die ik op dat moment niet kon betalen, dat mijn oplossing was heel hard weg te rennen en nooit meer in de buurt van een bibliotheek te komen. De jaren daarna bleven mager, ik kon niet even 100 euro aan boete geld missen. Dus ik bleef de bibliotheek mijden. Misschien dat ik het nu, ruim 10 jaar later nog eens moet proberen. De boete alsnog betalen gaat mij iets makkelijker af inmiddels, al verdien ik nog steeds geen vetpot. Ik weet alleen niet of ik inmiddels georganiseerd genoeg ben om herhaling te voorkomen.