OMG ik ben een nestje aan het bouwen!!!

Oh, oh, het is echt wel een beetje heel erg gesteld met me.

Vorige week kocht ik dus een nieuw salontafeltje. Ik voorspelde toen al dat het gedonder nog niet afgelopen zou zijn. Want mijn kasten zijn ook aan vervanging toe. Ik weet al ruim een jaar wat ik wil hebben. Lagere boekenkasten zodat ik er plantjes en dergelijke op kan zetten, en daar dan ook nog bij kan om ze water te geven! Bij gebrek aan vensterbanken is dat toch wel heel erg fijn! (En nee, door een gedeeltelijk verlaagd plafond is het bijna onmogelijk om een vensterbank te maken!!) En iets met deurtjes ervoor, zodat niet al mijn troep zo in het zicht staat, zoals nu wel het geval is!

Toevallig bleek dat dus te bestaan in de serie waarvan ik ook een bureautje heb. (ik zeg nu wel toevallig maar eigenlijk is hier natuurlijk gewoon sprake van voorbedachte rade) En hoefde je als je dit weekend bestelde  geen verzendkosten te betalen. (dat was dan weer wel echt toevallig) .Binnenkort staat dit dus bij mij in de woonkamer en dit.

Wat te doen met mijn oude kasten? Eigenlijk wilde ik ze in de berging zetten. Maar de berging staat nog vol met spullen van de gitarist die daar tot na zijn eigen verhuizing nog wel zullen blijven staan. Dan maar een oproepje op Facebook zetten, misschien dat ik er iemand blij mee kan maken. Ik had die gedachten nog niet uitgedacht of iemand wilde ze al op komen halen. Volgende week zijn ze dus weg. Je begrijpt dat de rest van mijn weekend bestond uit kasten uitruimen *zucht*
Gelukkig had ik daar in de kerstvakantie al een beginnetje mee gemaakt, en ook niet onbelangrijk, bestaat het overgrote gedeelte uit boeken die ik makkelijk op kan stapelen tegen de muur tot hun nieuwe huisje geleverd word.

Oke, ik kan me voorstellen dat het voor de meeste mensen tot nog toe nog niet heel erg verschrikkelijk klinkt. Maar voor mij is dit toch best wel een dingetje! Ik heb nog nooit een heel interieur van hetzelfde gehad. En al helemaal niet netjes in het wit! *gruwel*. Mijn vorige huis had alle kleuren van de regenboog, behalve wit! Zelfs de muren hadden een tikkeltje geel, omdat het anders zo uuuuh nou ja, wit zou zijn.

Waarom dan toch de omslag? Nou daar kan ik kort over zijn. Als de stoel rood is, te tafel geel, het behang paars, roze en goud, de theepot knalroze, de kussentjes roze,paars, groen en geel, de gordijnen paars, de kasten van berken fineer, de bank grijs, de onderzettertjes roze en paars, de kopjes blauw met bloempjes en werkelijk alles om je heen kleur heeft, dan krijg je vanzelf behoefte aan heel veel wit! (Zodat al die leuke gekleurde hebbedingetjes beter tot hun recht komen)

Bovendien schreeuwde dit huis om zilver toen ik het kocht. Mijn nichtje dacht daar anders over, die vond vooral dat het huis schreeuwde om een boom. Ze was dan ook een beetje teleurgesteld dat ik geen boom aan het verven was in mijn woonkamer.

Wat is er dan wel zo erg?
Nou daar kan ik kort over zijn! Het lijkt alsof ik er niet meer mee kan stoppen. Toen ik net nog even langs de Marskramer liep om een deurmat te halen, want ik had daar toevallig een leuk exemplaar gezien, met roosjes, ik ben gek op roosjes, bijna net zo gek als dat ik op stippen ben, en dat is dus echt heel erg gek! Kwam ik  met heel veel thuis, leuk voor in huis, en met 40% korting want de Marskramer gaat Capelle verlaten, maar niet met een deurmat. Nee ineens had ik placemats nodig, want ze zagen er zo mooi Gothic uit, en eer dat weer in de mode is…. En die driearmige kandelaar, die kon ik toch niet laten staan? En…. En…En….

Als een virus grijpt het om zich heen. Alles wat zilver is, en glimt MOET ineens mee naar huis. OMG, ik ben een nestje aan het bouwen! Het moet niet gekker worden. Ik hoop van harte dat ik alle volgende fases oversla. En ook dat die plotselinge nestdrang snel over slaat!!! Want ik herken mezelf niet meer terug!!!! Help.

De oude doos #1

Vandaag had ik op Twitter een gesprekje over de Expreszo, een tijdschriftje voor en door homojongeren. Toen der tijd was dat best wel een ding. Internet was opkomend maar werd vooral “gevaarlijk” gevonden. Zoekmachines waren nog niet zo geavanceerd. Er waren wel wat boeken, maar dat die boeken bestonden leerden we dan weer in Expreszo.Kortom wilden we informatie over homo zijn waren we aangewezen op het tijdschrift. En voor contacten met anderen holebi’s was er het Expreszo forum. Een warme community waar ik heel wat uurtje op heb doorgebracht.Uiteindelijk, was alleen een beetje online bijdehand doen tegen elkaar, niet genoeg en werden er heuse forummeetings georganiseerd. Ik was nog jong en mocht niet stad en land afreizen om die meetings te bezoeken. Maar als Mohamed niet naar de berg toe komt, dan komt de berg naar Mohamed. Dus organiseerde ik zelf een forummeting in Rotterdam. Een erg leuke en drukbezochte avond. 
Vanaf toen volgde er steeds meer leuke ontmoetingen met mijn forumvriendjes en vriendinnetjes. Gelukkig werd ik ook een beetje ouder en kreeg ik meer bewegingsvrijheid. Uiteindelijk mocht ik ook naar andere steden om uit te gaan, als ik maar zorgde dat ik ergens kon logeren of werd thuisgebracht. 
Ik weet niet meer zeker op deze foto nu in de Lollipop in Tilburg is genomen of op een Club Ritz feestje in Utrecht. (Aldo, jij was er bij, weet jij het nog?) 
De jongen op de foto heet Thijs, dat weet ik niet omdat ik me dat kan herinneren, maar omdat het bij d de foto staat. En als het goed is is de foto in 2002 genomen. Ik weet wel dat ik met Thijs een gesprek had over hoe handig het was om vrienden te hebben met dezelfde maten als jij, dan kon je namelijk kleding ruilen en er voor weinig geld toch steeds totaal anders uitzien. Ik ben en was klein en tenger van stuk. Dus daar zat nog wel een probleempje. Daarnaast had (en heb) ik vooral homo mannen als vrienden. Dus of dat nu zo’n goed idee is voor kledingruil festijnen? 
Thijs beloofde me dat we daar iets aan zouden doen, we zouden vriendinnen gaan zoeken van mijn lengte, sterker nog, hij kende nog wel een paar meisjes die ook niet zo groot waren. Ik geloof niet dat ik Thijs daarna ooit nog IRL heb gezien, en ook in de cyberwereld zijn we elkaar kwijtgeraakt. Zo gaat dat als je jong en onbevangen bent. 
In de rubriek de oude doos zal ik steeds foto’s plaatsen met een verhaal erbij uit vroegere tijden. Heb jij ook een oude foto met een verhaal erbij dat je wilt vertellen en past dat niet op je eigen blog? Dan kun je het altijd als gastblog hier plaatsen. Je kunt natuurlijk ook op je eigen blog over je oude foto’s schrijven. Ik hoop jullie te zien en te lezen. 

Vt wonen huis

Ineens had ik het gehad met mijn salontafel. Of eigenlijk vooral met het gebrek daaraan. Na de verhuizing liet ik mijn salontafel achter bij huisgenoot en nam ik zolang twee lacktafeltjes van Ikea. Toen ik 12 was en de eerste kocht leek het me heel gaaf om lacktafeltjes in verschillende kleuren aan elkaar te schuiven bij wijze van salontafel. maar nu ik 31 ben stond dat idee me steeds minder aan. Overigens moet ik zeggen dat het dus wel duurzaam spul is, als ik 19 jaar met een tafeltje kan doen.

Wat wil ik dan wel? Nou daar heb ik ook wel zo mijn ideeën over. Van die grote zilveren dienbladen op pootjes. Met wat gezellige kussentjes eromheen. Waarop dan een mooie zilveren thee pot staat waar ik altijd heerlijke muntthee kan drinken. Die dienbladen bleken het probleem niet zo te zijn, zelfs in de Efteling kun je die kopen. Maar die pootjes, waar haal je die? Gelukkig hadden Romeo en Sandy live daar dan weer een mening over. Ze kwamen er alleen niet helemaal over uit. Dus ging ik samen met Romeo op jacht. Bij de eerste winkel was het eigenlijk meteen raak. De dienbladen die ik wilde en nog met 70% korting ook! Ik had een onderstel van zilver in gedachten, maar Romeo stelde een achthoekig tafeltje voor en eigenlijk stond dat ook wel verdomd goed. Dit moest het worden!

Maar Romeo rade me aan om nog even verder te kijken. Na een halve dag allerlei interieur winkeltjes bekeken te hebben nemen we afscheid en loop ik terug naar de eerste winkel. Daar zoek ik twee dienbladen uit en een tafeltje. Bij de kassa bleek ik ook op het tafeltje 70% korting te krijgen. Helaas hadden ze die maar in een maat, en ben ik nu dus nog steeds op zoek naar een iets hoger exemplaar.
Maar voorlopig ziet het zwarte lacktafeltje er stukken beter uit met een dienblad erop.
Voor nog geen 100 euro heeft mijn huis een totaal andere look. Het enige nadeel is dat ik nu de smaak flink te pakken heb en ook mijn kasten wil vervangen. En ik weet al precies wat ik wil 😛 Ik vermoed dus zomaar dat dit blogje nog een vervolg gaat krijgen en dat ik binnenkort niet meer in een gezellig rommelig huis woon, maar in een echt vt-wonen huis.

zo ziet mijn vt wonen woonkamer er nu uit 😛 

Wandeling 1 januari, Hoek van Holland

De eerste dag van januari is altijd zo’n dag van niets. Alle feestjes zijn voorbij maar het leven is nog niet begonnen, nog niet echt. Je leeft in reservetijd.Een ideale dag voor een wandeling. (En om meteen maar aan mijn blogvoornemens te werken).

Neelis en ik rijden naar Hoek van Holland. Drie jaar geleden probeerde we hetzelfde te doen maar dan bij Oostvoorne, het strand hebben we echter nooit gezien. Een erg laagstaand zonnetje en een verkeersbord midden op de weg zorgde ervoor dat de auto tot stilstand kwam. Uiteindelijk nog een heel avontuur met wegslepen en taxi’s naar huis. Ook leuk, maar niet waar we voor kwamen.

Dit keer komen we zonder kleerscheuren aan. Neelis heeft een leuke route bedacht langs de pier. Dan kun je met een beetje geluk bootjes kijken.(en geluk hebben we) Neelis kijkt graag naar grote voertuigen, boten, vliegtuigen, wat het is maakt hem niet zoveel uit, als het maar groot is.

Maar eerst moeten we het strand zien te bereiken. En dat valt nog niet mee. Het pad staat half onder water, we proberen een alternatief pad uit, maar ook dit staat half onder water en blijkt uiteindelijk dood te lopen. Terug naar het hoofd pad dus. Uiteindelijk komen we op het strand, maar onze voeten zijn niet meer helemaal droog.

Ik probeer te bedenken wat dit strand bijzonder maakt voor mij. Eigenlijk heb ik niets met Hoek van Holland. Ooit heb ik hier met mijn exvriendinnetje Chinees gegeten die echt niet te eten was. En toen Mama en ik een tijdje in Vlaardingen verbleven kwamen we hier ook met enige regelmaat. Oh, en die keer dat de Gitarist en ik hier waren, we hadden mijn gitaar mee genomen en hebben gekke liedjes gezongen op het strand. Onderweg naar huis kwamen we nog een bekende tegen die in de trein terug Anouk liedjes ging zingen en spelen. En toen we op schoolreisje gingen, naar Engeland, vertrok onze boot ook hier vandaan. Trouwens, toen ik met Shopvriendin naar Wales ging vertrok de boot ook vanaf hier. Hoe verder we lopen hoe meer herinneringen er weer terug komen. Hoe komt het dan toch dat ik altijd het gevoel heb dat ik niet zoveel met Hoek van Holland heb?

Veel tijd om hier over na te denken heb ik niet. Er komt een groep mensen met vlaggen het strand op gemarcheerd, er staat iets te gebeuren. Al snel word ons duidelijk wat er staat te gebeuren. Een nieuwjaarsduik. Want kennelijk hoort dat ook bij zo’n onbestendige dag als vandaag.

We blijven even staan kijken maar gaan dan voor het doel van onze reis, de pier. Hier schijnt de golfslag nogal extreem te zijn, wij schatten in dat dat wel mee zal vallen en lopen door. Boy, are we wrong! Binnen luttele seconde krijgen onze voeten ook een nieuwjaarsduik en is er van droge voeten helemaal geen sprake meer. Toch wandelen we door tot het eind van de pier. Droge voeten kunnen ons inmiddels niets meer schelen. Wij hebben een missie, en voor die missie doorstaan wij weer en wind.

We moeten een woord bedenken voor dit jaar roep ik, want dat doen mensen toch, woorden bedenken voor het nieuwe jaar? Neelis kijkt mij aan, hij kent geen mensen die woorden verzinnen die het thema van hun jaar bepalen. Misschien moet ik voor spiritueel gaan roep ik, of uuuuhhhhh. Doe maar rustig zegt Neelis, je hebt nog 365 dagen om het de bedenken. Maar laat ik dat nu juist niet hebben. Dit woord moet juist het thema zijn van de komende 365 dagen. Ondertussen hebben we het eind van de pier bereikt en mogen we de terugweg instarten. Met wind tegen! Bah! Koud en moe komen we aan bij een barretje waar we pannenkoeken eten en chocolademelk drinken. Ondertussen speelt het thema van mijn moeder door mijn hoofd. It’s such a perfect day and i’m glad i spent it with you:)

Dank je wel Neelis, op nog veel meer avonturen in 2014. En uhhhhhh wie neemt me de volgende meer mee uit wandelen?

4 december, finally going home

Na het ontbijt worden we door de bus teruggereden naar het vliegveld. Het ziet er naar uit alsof we eindelijk naar huis toe gaan. Mister E kijkt naar vliegtuigen die opstijgen en landen. Romeo en ik geloven het wel, en kletsen wat na over ervaringen die we hadden als we even helemaal alleen waren.

Als we in Eindhoven aankomen is het nog steeds mistig. Ik probeer er een foto van te maken. Leuk voor later, door deze mist had ik uuuuuuuren vertraging. Maar als ik de foto gemaakt heb vind ik het eigenlijk helemaal niet meer zo leuk.

We stappen de trein uit en lopen naar onze huizen. Maar eerst lopen we nog even het pop-up museumpje binnen, iets over echte Rotterdammers.  Of we ook op de foto willen met een gevatte opmerking op een bordje over wat dat dan wel niet is, een echte Rotterdammer. Onze hoofden zitten vol. En we zien er niet uit. We willen niet.

Dan loopt Mister E terug, “Echte Rotterdammers eten geen bieten maar kroten” roept hij. En hij laat zichzelf fotograferen. Kennelijk ben ik zo’n echte Rotterdammer dat het niet in me opgekomen was dat in de rest van het land niemand ooit krootjes eet. Ik ben thuis! Dat weet ik nu zeker.

3 December, de terugreis

Onze laatste vakantiedag. Een dag van opruimen en schoonmaken, inpakken en afscheid nemen. Dag mooi lief land, ik mis je nu al, fluister ik. Er rolt een traan over mijn wang. Ik wil nog niet weg. Mag ik niet nog heel eventjes blijven? Moet ik echt weer terug naar het leven van alle dag?

Voor een laatste keer loop ik door het huisje, ik kijk uit het raam, geniet van het uitzicht, de bergen. Dan moeten we gaan. Kussen in de lucht.

We brengen onze laatste uurtjes in Carcassonne door, nu met daglicht en een mildere temperatuur. Ik probeer nog aan een Katarenkruis te komen voor om mijn nek. Vroeger in een vorig leven had ik zoiets gehad, maar toen de relatie uit ging had ik mijn ketting terug moeten geven. Mijn missie mislukt. En misschien is dat maar goed ook. Ik moet niet te veel blijven hangen in het verleden. Laat haar gelukkig zijn met het kruis dat meer van mij dan van haar is.

Als we iedere steen drie keer hebben bekeken pakken we de auto naar het vliegveld. We checken in en nemen plaats in iets dat nog het meest lijkt op een kantine. Een sportvliegtuigje land, stijgt weer op, land, stijgt weer op om vervolgens weer te landen. Van ons vliegtuig is geen teken. Een helikopter land, wij spelen kaart, de helikopter stijgt weer op. Nog steeds geen vliegtuig. Ik eet een bord patat. We spelen nog meer kaart, nog altijd geen vliegtuig.

Er wordt iets omgeroepen, de veertigers kijken op hun i-pads, het vliegtuig is nog niet vertrokken uit Eindhoven zeggen ze. Iets met mist. Het vliegtuig had hier al moeten zijn. Dus spelen we nog meer kaart. Ik maak verbinding met internet via mijn smartphone en vertel dat ik voorlopig nog niet thuis kom. We zitten vast op het vliegveld. Maar we hebben het warm en we spelen kaart. Ik probeer een zelfportret te maken, van mij op het vliegveld.


Ineens veranderd er iets, er komt een bus. De bus brengt ons naar een hotel, we blijven nog een nachtje. Ik voel me raar, ik wil niet in dit hotel, maar ik wil ook niet naar huis. We eten wat, we spelen kaart, drinken een drankje en kletsen wat met mensen die in hetzelfde schuitje zitten als wij. Ik weet nu alles van een huis kopen in deze omgeving. Uitzicht betaal je met graden. Hoe mooier het uitzicht hoe kouder. Je wilt afgelegen zitten maar niet alleen, je hebt je buren nodig, zorg dus dat je ze net kunt zien. Dat soort nuttige tips. We nemen afscheid. Morgen zien we elkaar wel weer, bij het ontbijt.

Ik lig alleen in mijn kamer na te denken. Waarom wil dit land mij zo graag hier houden. Wat is de les die ik nog moet leren? En waarom voelt het zo persoonlijk?

2 december 2013, het magische woud

Steeds als ik denk dat ik nu alles wel gezien heb, dat ik me nergens meer over zal verwonderen, dat het hoogtepunt van de vakantie nu toch echt geweest is, dat ik nu wel weet waarom ik hier ben en wat ik hier te zoeken heb komt er weer een ervaring die alle vorige ervaringen vervaagd.

Je staat op de top van de Cardou en denkt dit is zo mooi, mooier dan dit kan niet. Maar dan vliegt er een adelaar voorbij en weet je dat het toch nog mooier kon.

Je staat in Rennes ‘l Chateau, je voelt de Maria Magdalena energie, en geloofd heel even spontaan in heilige gralen die ook jij kunt vinden. Fantastisch.

We bezoeken meer kastelen op 1 dag dan menigeen in zijn hele leven. Je voelt hoe de energie in al die kastelen anders is. Soms heel vrouwelijk en gemoedelijk, soms heel mannelijk, stoer, een bijna tastbare strijd.

Het kerstmarktje in het fort, de duivelsstoel, de uren lange wandelingen , iedere keer dacht ik weer ja, dit is het! Van de wandeling van vandaag had ik dan ook eigenlijk geen verwachtingen meer. Het magische bos wordt het genoemd. En ik zag zo’n kabouterpad voor me dat we in Nederland graag voor kinderen uit zetten. Je weet wel, met van die tuinkabouters her en der verspreid. Grappig, maar niet echt magisch.

Wat zat ik ernaast. Vanaf de eerste stap die ik in het woud zette voelde, zag, hoorde en rook ik de magie. Die schilder uit Rennes les Bains is hier vast ook geweest, en heeft die groene mannen, elfen, nimfen en bewoners van het kleine volkje hier vast ontmoet en ze daarna in een regenboogjasje gestoken. Als je hier bent is dat geen fantasie meer, maar echter dan echt. Ik sta als een razende foto’s te maken en loop constant achter op de rest. Ik wil niets missen, alles vastleggen, maar ook niet vergeten te genieten van het moment. Bij iedere foto die ik maak realiseer ik me dat het nooit zo mooi wordt als in het echt.Dat ik mensen nooit kan laten mee maken wat ik hier mee maak. Dan ineens sta ik oog in oog met een stok die mij de doorgang versperd. Ik vind dat gek want Romeo en Mister E zijn hier al langs gelopen? Stond die stok er toen nog niet? Waarom hebben zij die hier laten staan? Zou hij hier voor mij staan? Durf ik hem op te pakken? Ik twijfel serieus. Straks beland ik ineens in een soort onderwereld net als in Pan’s labyrint. En moet ik een onmogelijke opdracht vervullen omdat ik de stok pakte. Ik maan mezelf weer terug in de echte wereld. In de echte wereld gebeuren dat soort dingen niet. Pak die stok nu maar gewoon. Op het moment dat ik de stok aanraak zie ik runen voor me, die verborgen zitten in de stok en er graag uit willen.

Ik gebruik de stok mijn verdere tocht als wandelstok. Bij het eind van het pad zal ik hem achterlaten, net zoals ik vroeger als kind deed. Maar Romeo spoort me aan de stok mee te nemen. Ik voel me een ondeugend kind. Je wandelstok mee nemen, dat mag toch helemaal niet? Maar toch laad ik de stok in in de auto.

Van alles wat ik hier tot nog toe heb gedaan is dit wel het meest bijzonder. Alleen ben ik even vergeten waar ik nu precies was. Lieve Romeo, als je dit leest, zou je me dan willen vertellen onder welke naam, en in welke plaats ik deze plek terug kan vinden.

1 december 2013 Kataren kijken

Vandaag hebben we ons bezig gehouden met Kataren Kastelen bekijken.

*Chateau de Quiribus- Cucugnan
*Chateau peyrepertuse- Duilac
*De Termes- Termes
*Villerouge- Termenes

Vooral in Termes had ik een mooie ervaring. Ik was op de restanten van een altaar geklommen van een kerkje gewijd aan Maria. En weer voelde ik die goddelijke energie. Ik begon te praten tegen dit goddelijke wezen. Dat ik haar niet kende, maar dat ik wel open stond voor haar, wie ze ook is. Dat ik strakjes ingewijd ga worden als Priesteres van de Godin, en dat haar dienen dan vast tot mijn takenpakket behoort.

Misschien lijd ik aan wanen, maar ik heb het gevoel dat ik antwoord krijg. Ik ben op de goede weg en moet mijn hart volgen. Dan neem ik afscheid. Ik moet Romeo en Mister E gaan zoeken die nog ergens in deze ruïne ronddwalen, en mij vast missen. (tenzij ze me gehoord hebben natuurlijk, dan heb ik mezelf waarschijnlijk onsterfelijk belachelijk gemaakt)

Ik verbaas me dat de godin nu al twee dagen achter elkaar “contact” maakt. Kennelijk heeft ze wat voor mij in petto.

Als ik mijn reisgenoten weer terug vind vraagt Mister E me uit over dat mysterieuze dagboekje van mij. Wat schrijf ik daar precies in op? Schrijf ik over de oranje klei? En over de duiven? Ik ontken dat ik dat doe (en voeg die elementen daarom wel toe aan de getypte versie). Nee ik schrijf vooral de namen op van de plaatsen en de dingen, opdat ik ze niet vergeet. Dat ik de sneeuw, de duiven of de klei vergeet daar ben ik niet bang voor, ze zit nog op al mijn kleren (die inmiddels wel weer fris gewassen zijn). Maar hoe kan ik de weg hierheen ooit terug vinden als ik de namen van de plaatsen niet opschrijf? Mijn hoofd heeft daar geen geheugen voor. Dus schrijf ik zo precies mogelijk op waar ik was en wat de mystieke eigenschappen zijn die andere of ik zelf aan ze gegeven heb. Ik schrijf mijn ontmoetingen met de Godin op, die vele gezichten en vele namen heeft en zich hier steeds aan mij openbaart met gezichten en namen die ik niet ken.

Bij Chateau Termes sterf ik bijna een aanstellerige dood. De richels waar we langs omhoog klimmen zijn zo stijl, en de schemering slaat al toe. De heenweg gaat nog, maar strakjes de terugweg? In het donker? Een misstap en het is exit Laura, dat realiseer ik me maar al te goed. Ik klamp me vast aan een bosje en roep dat ik niet verder meer ga, dat we terug moeten, en dat we niet veel tijd meer hebben. Of iets van die strekking. De heren zijn geduldig en halen me over die drie meter die ik nog moet toch naar boven te gaan. Ik was al een de terugweg begonnen voor de zekerheid, maar laat me over halen. In drie seconde kom ik bij van mijn prestatie, geniet ik van het uitzicht en maak ik me op voor de terugweg. Want helemaal gek was ik niet. We hebben nog maar weinig tijd. In het donker wil je hier niet zijn. En dat komt echt niet door de spookverhalen over geesten van kataren die hier nog steeds op hun paarden rond zouden rijden. Dit is gewoon geen plek waar je in het ravijn wil storten.

Beneden aangekomen, natuurlijk zonder kleerscheuren vind ik mezelf de grootste aanstellen ooit. Kennelijk is het soms nodig om een aansteller te zijn.

30 november 2013

De gebeurtenissen volgen elkaar zo snel op, en er is zoveel te zien dat ik bang ben dat ik de helft zal vergeten. Nu ja, dat is dan maar zo. Vandaag zijn we naar Perpigran gereden en hebben we de volgende plekken bekeken.

*Palais des Rois de Majouque
* Chapelle Notre-Dame des Angus
*Cathedrale St-Jean/ St Jean le Vieux/ Santo

Daarna rijden we door naar Collioure, een plaatsje aan de kust dat Mister E graag wil bezichtigen. Ik loop er niet direct warm voor, vind eigenlijk alles best. Ook omdat ik zelf niet kan rijden en me dus steeds maar laat rijden. Ik weet dat ze het graag doen. Maar toch voelt dat evenwicht een beetje verstoord.

Ik ben daarom extra verrast door de schoonheid van de kust die mij weet te raken. Eigenlijk iedere keer weer, realiseer ik me nu.Misschien juist omdat ik niet zo’n zon, zee strand mens ben. Ik vind een strand leeg, in het najaar, eigenlijk op zijn mooist. Nu dus! En omdat ik dat iedere keer vergeet lijkt het me iedere keer weer een beetje meer te raken. Iedere keer ben ik weer verrast.

We bezoeken Chateau Royal, een Tempeliers kasteel waar toevallig een kerstmarkt gehouden word. En weer wordt ik geraakt. Ik voel me als een kind zo gelukkig. Al die bedrijvigheid maakt me vrolijk en verdrietig tegelijk. Ik loop met mijn zakje kastanjes en een glaasje glühwein tussen kamelen en wijzen uit het oosten. En even weet ik heel zeker dat ik voor dit leven gemaakt ben. Beetje rondreizen, schminken, kinderen vermaken, heksen, verhalen vertellen. Ik vind mijn werk WEL leuk. Ik zie het aan de vertedering die ik voel bij al die vrolijke kindersnoetjes. En natuurlijk dat ik Sprookjesjuf leuk vind wist ik al, maar over mijn werk als pedagogisch medewerker twijfel ik soms.

Daarna lopen we langs de kust en bekijken we Notre-Dame Des Angelus. Magische mooi. Ik voelt dat er iets is. Ik wil het zelfs wel goddelijk noemen. Maar ik kan er niet de vinger opleggen. Het is niet de Artemis energie die ik zo gewend ben. Het is mij onbekend en toch verwelkom ik haar. Ik doe de groet die we op de Godinnencursus geleerd hebben.

Romeo zegt later dat ik hier misschien mijn watergodin gevonden. Een donkere watergodin. Misschien heeft hij gelijk.

29 November 2013, Rennes ‘l Chateau

We wandelen vandaag naar Rennes ‘l Chateau. Hier heeft zich in 1885 een geestelijke gevestigd, Abe Sauniere. Hij renoveerde de plaatselijke kerk en was daarna ineens heel erg rijk. Rijk genoeg in ieder geval om buitenissige gebouwen te laten bouwen. Hoe kwam hij aan dat geld? Vond hij een schat? Onthulde hij een geheim? Er zijn mensen die geloven dat hij bewijzen vond dat Maria Magadalena en Jezus Christus met elkaar getrouwd zouden zijn en samen kinderen kregen. In de roman “de Davinci code” van Dan Brown wordt hier een geromantiseerde versie van weer gegeven.  De reden dat deze plek veel graal toeristen aan trekt. Ook als wij er zijn horen we enkele toeristen het verhaal van de graal vertellen.

Het kerkje dat voor al deze opschudding zorgt is opmerkelijk klein. Het kerkje is geweijd aan Maria Magdalena. Tijdens de befaamde restauratie werkzaamheden zou Sauniere de schatten gevonden hebben onder het altaar. Ook zonder schatten is het een eigenaardig kerkje.

Alleen al door de vreemde teksten die her en der in en op de kerk te vinden zijn. Ik houd het even bij de Nederlandse vertalingen. De oorspronkelijke teksten zijn in het Latijn.

Door dit teken zult gij (het) overwinnen.
(dit staat bij een beeld waar 4 vrouwfiguren een kruisslaan)

Dit is een huis van god en de poort des hemels
(oke niet heel raar voor een kerk)

Het licht in de hemel
(kan ik me ook nog wel iets bij voorstellen)

Maar dan komt het:
Deze plek is verschrikkelijk
(uhhh oke, en bedankt voor het warme welkom)

Mijn huis zou gebedshuis genoemd worden

Ik heb verachting voor het koninkrijk van deze wereld gehad, en alle tijdelijke versieringen. Wegens mijn heer Jezus Christus, wie ik zag, van wie ik hield, in wie ik geloofde en die ik vereerde.

Eenmaal binnen wordt je begroet door een duivel die het wijwater draagt. Deze is in een zittende positie uitgebeeld die weer een link zou kunnen hebben naar de duivelsstoel waar ik gisteren nog in zat. Hij zou perfect passen.

Bij het altaar staan Jozef en Maria afgebeeld met allebei een identieke baby. Dit zou kunnen verwijzen naar een legende waarin wordt beweerd dat Jezus een onderdeel van een tweeling zou zijn.

Door al die mysteriën die je hoofd doen duizelen zou je bijna vergeten hoe adembenemend mooi de omgeving eigenlijk is. Maar daar heeft de omgeving iets op gevonden. De wandelroute die we volgen komt uit een oud boekje en blijkt niet meer te kloppen. Daar komen we achter als we al een behoorlijk eindje onderweg zijn. (En oké, ik geef toe, we negeerde een bord dat we niet helemaal begrepen) We moeten dus een behoorlijk eind terug lopen. De omgeving lijkt ons in zijn greep te houden. Misschien wil het ons laten zien dat we te veel in ons hoofd zitten en dat echte magie van buiten naar binnen komt ofzo. Want tot nog toe verdwalen we op iedere wandeling die we hier gemaakt hebben minstens een keer. Ik heb te weinig gegeten en begin dat nu goed te merken. Met iedere stap die we zetten komt er zo’n 10 cm oranje klei onder onze voeten. Op plateau zolen lopen we verder iets dat de terugweg niet echt makkelijker maakt. Maar ik zet door.

Onder het wandelen zie ik visioenen van mezelf met iemand anders waar ik zo te zien verliefd op ben. Ik weet niet of dat betekend dat ik hier al eens geweest ben of dat ik hier nog eens terug ga komen. Het kan natuurlijk ook allebei betekenen, ik weet het niet, plaats en tijd lijken even verre concepten die hier niet bestaan en als ze al wel bestaan er zeker niet toe doen. Ik snap waarom Romeo zo verknocht is aan deze omgeving en waarom hij hier steeds weer terug wil komen. Toen hij in 2007 deze streek bezocht had ik een lichtelijke jaloezie gevoeld. Niet dat ik het hem niet gunde dat hij hier was, maar zo’n soort reis leek me voor mij onbereikbaar ver weg. En echt ik heb in de tussenliggende jaren zelf ook mooie reizen mogen maken, ik was in Mexico, Zweden, Rome (en de golf van Napels), Wales , Londen en  Manchester, maar dit voelt anders. Deze omgeving roept me al zo lang. En ik ben dankbaar dat ik hier ben. Dankbaar dat Romeo en Mister E mij mee nemen. Dankbaar dat ik het nu ook met eigen ogen mag zien.