Dingen die ik niet begrijp

Het is echt niet mijn bedoeling om ineens een maatschappij kritisch blog te hebben. Maar er zijn dingen die ik gewoon niet snap. En die maar in mijn hoofd blijven malen totdat ik ze op papier heb gezet (of nu ja in dit geval meer op mijn beeldscherm heb getoverd).

Bijvoorbeeld dat er universitair geschoolde vrouwen zijn die verliefd worden op een man die een mbo opleiding heeft afgerond. Oke, tot zover niets geks aan, liefde heeft nu eenmaal niet zoveel te maken met opleidingsniveau. En ook dat ze met zo’n man trouwen, een nestje bouwen en kindertjes krijgen snap ik allemaal nog wel.

Daarna word het voor mij allemaal wat lastiger te begrijpen. Ik snap gewoon echt niet waarom zo’n vrouw er dan voor kiest om thuis te blijven en huisvrouw te worden. Ten eerste lijkt het me weinig bevredigend om na een goede studie thuis te gaan zitten. Maar dat kan liggen aan mijn afkeer van huishoudelijk werk. Als ik het uit kon laten besteden zou ik dat per direct doen. Het is mijn talent gewoon niet. Buiten dat lijkt het me dat het je wereldje behoorlijk klein maakt als je van studerend of werkend ineens word teruggeworpen op de muren die je huisomringen. Maar miscchien vergis ik me hierin en halen deze vrouwen voldoening uit nevenfuncties rondom hun kinderen. Op scholen en vereningingen kunnen ze altijd wel wat helpende handjes gebruiken immers.

Dan blijft de financiele kwestie nog over, want natuurlijk ben ik me ervan bewust dat vrouwen minder verdienen dan mannen, maar die kloof kan toch niet zo groot zijn dat een universitair geschoolde vrouw minder verdiend dan een mbo opgeleide man? Waarom komt die zorgtaak nog zo vaak zo vanzelfsprekend bij vrouwen terecht? Is het echt een keus die vrouwen maken? Doen we het uit gewoonte? Of vinden we het gewoon wel lekker om een beetje te tutten met de kinderen zonder dat er al te hoge verwachtingen aan ons gesteld worden?

Dik tevreden

Ik hoor steeds meer geluiden van vrouwen die klaar zijn met dieeeten. Jaren lang hebben ze zich laten indoctrineren door een onrealistisch beeld van graatmagere modellen, die een slablaadje per week eten. En dat zijn ze zat. Die skinny bitches moeten plaats maken voor een maatje meer.

Ik ben blij voor ze dat ze hun zelfvertrouwen hebben hervonden en dat ze tevreden zijn met hun zelfbeeld. Maar waarom dat zo onrespectvol moet gebeuren? Hoezo skinny bitches? Alsof ik er iets aan kan doen dat ik een maatje nul heb (een term die iedereen met een maatje 34/36 anorexia probeert aan te praten).
Als jij er voor kiest dik te zijn, prima. Moet je helemaal zelf weten. Gezond lijkt me anders, maar ook dat is aan jou.

Maar hou alsjeblieft op met dat zelfmedelijden. Ik ben niet degene die heeft verzonnen dat graatmager jaren lang het credo is geweest. Met als enige gevolg dat er meer overgewicht is dan ooit te voren overigens. Want we zijn met zijn allen flink te dik, dat weten deze dames met een maatje meer ook heus wel. Dat hoef ik ze niet te vertellen. En dat doe ik dan dus ook niet.

Maar als ik nog een keer voor skinny bitch word uitgemaakt, direct of indirect kan die persoon een kookboek over gezonde voeding cadeau krijgen. Modder vet en anorexia dun zijn twee uiterste die allebei niet gezond zijn. Gelukkig vallen de meeste van ons daar tussen. We hoeven niet allemaal in een maatje 36 te passen, maar het mag wel! Niet ieder mager meisje is een bitch, en niet ieder dikketje is altijd gezellig en vrolijk. Laten we elkaar gewoon in onze waarde laten, dan zijn we allemaal dik tevreden!

Serieus?

De Gesprekspartner vraagt of ik mee ga een bank kopen. Kennelijk heb ik een mening die op prijs gesteld word. Hij heeft een stoere mannen bank op het oog, maar hij twijfelt of deze niet te groot is voor zijn woonkamer. Aangezien hij voor de rest nogal minimalistisch is ingericht, lijkt dat me geen probleem. Zijn huis kan wel een eye-catcher gebruiken.

Dit is hem, wijst hij de bank aan. Even ben ik heel erg dankbaar dat het uit is. De bank past bij zijn vrijgezellenleven. Kwa kleur en vorm is hij niet te standaard, maar toch veilig. Het tegenovergestelde van wat ik zelf zou kopen. Wat vind je ervan, vraagt hij. Mooi, antwoord ik naar waarheid. Misschien is hij er nog in een andere kleur. Ik dacht aan groen zegt hij. Meteen word ik enthousiaster. Groen zou een goede kleur zijn.

De bank is er niet meer in groen. Toch neemt hij hem. De aanschaf is zo afgehandeld omdat hij gisteren al voorwerk heeft gedaan.

Wil je een vogelkooi zien die zo groot is dat jij er met gemak in zou passen, vraagt hij. Ik knik, dat wil ik wel. Dus lopen we even later in een veel te dure winkel, waar alles groots en art nouveau is. We discussieren over der verschillen en overeenkomsten tussen art nouveau en art deco als een verkoper zich in het gesprek komt mengen. Enthousiast verteld hij dat  art nouveau hetzelfde is als jugendstil, met veel krullen en een zweepslag erin waar art deco rechtlijniger en strakker is. Zijn gebaren worden met ieder woord grootser.

Ik kan me helemaal voorstellen waarom hij hier werkt, omringt door zoveel art nouveau als ik merk dat hij in mij een potentiële klant ziet om een bibliotheek aan te slijten. Of een dekenkist die als salontafel functioneert. En hoewel ik  best een fan ben van art nouveau ben ik daar toch echt te klein voor behuisd. Bovendien zou ik geen van deze meubels ooit kunnen betalen. Maar deze meneer denkt van wel! En ik moet zeggen, dat voelt best goed.

Nog geen jaar geleden wilde ik een leuk setje van Marlies Dekkers kopen in de lingeriezaak om de hoek. Ik had zin om flink wat geld uit te geven. De verkoopster was op me afgelopen en wees me op de aanbiedingen van Saph. Diep beledigd ben ik weggegaan om nooit meer terug te komen. Als je me niet serieus neemt, mijn geld niet wilt hebben, dan geef ik het wel elders uit. Bij voorkeur ergens waar ik niet als een kind behandeld word.

Hoe anders is dat nu? Voor het eerst van mijn leven word ik in een winkel niet als dat meisje gezien. Maar als een vrouw, die best een bibliotheek met een groot bureau en imposante stoel zou kunnen bezitten. Heel even droom ik weg bij die gedachten.

50books vraag 1

Op de blog van Petepel kwam ik een leuk initiatief tegen. Hij gaat dit jaar 50 vragen stellen over boeken, waar je dan fijn een blogje over kunt schrijven. Natuurlijk kwam ik dit weer veel te laat tegen. En loop ik inmiddels drie vragen achter. Maar dat doet er niet toe. Het is ideaal voor een boekenwormpje (bij tijd en wijlen) als ik.

Vraag 1:
Welk boek heeft in je vroegste jeugd de meeste indruk op je gemaakt?
In mijn vroegste jeugd zijn er vast boeken geweest die me voorgelezen zijn waar ik erg van genoten heb. Zo herinner ik me “De kleine Kapitein” die voorgelezen werd door de juf. Of een heel dik sprookjesboek waar minder standaard sprookjes in stonden, zoals dat verhaal van de tondeldoos dat de meester voor las. Van mama weet ik vooral dat ze” Jip en Janneke” voorlas, maar ze zal ongetwijfeld ook andere boeken voorgelezen hebben. Hoewel ik zelf mijn jongste zusje veel heb voorgelezen, ik weet niet of mama dat mij liet doen omdat ze mijn leesvaardigheid wilde bevorderen, zag hoeveel plezier ik hier uit haalde, of omdat ze zelf misschien niet zo van voorlezen hield.
Samen met zusje heb ik erg genoten van de boeken over “Madelief”, ook het boek “Ik maak nooit iets mee” behoorde tot onze favorieten. Soms las ik haar boeken voor die ik zelf ook las toen ik nog jonger was. “Inka’s reis naar de maan” was onze gezamenlijke favoriet. 
Als ik vroeger in vriendenboekjes moest schrijven wat mijn lievelingsboek was, was dat steevast “Verdriet met Mayonaise”. Wat op de middelbare school veranderde in “Portret van Sanne”. Maar toen waren er niet zoveel vriendenboekjes meer om in te schrijven. 
Maar als je me vraagt om het boek dat echte de meeste indruk heeft gemaakt. Het boek waarvan ik nog steeds heel helder beelden voor me zie als ik mijn ogen sluit, soms zelfs zomaar onverwacht. Het boek waarvan mijn hart een sprongetje maakte toen ik zag dat het bewerkt was voor het theater. Het boek waarvan ik nog steeds niet snap dat niemand het ooit verfilmd heeft, ja dan kan ik alleen maar antwoorden “Momo en de tijdsspaarders”.
Momo is een natuurkind. Ze woont in een oude ruïne buiten de stad, zonder vader of moeder. Maar ze is niet vaak alleen. Veel mensen en kinderen komen bij haar op bezoek, want Momo kan goed luisteren. Daardoor heeft ze veel echte vrienden. Dat verandert vanaf het moment dat de grijze heren opduiken, de tijdspaarders. Die zetten iedereen aan om tijd niet te verdoen met ‘nutteloze’ dingen; het komt erop aan dat je in het leven iets bereikt en dat je veel spullen hebt. Voor vriendschap en spelen is geen tijd meer. Het leven verkilt, wordt gehaast en vreugdeloos. De tijdspaarders krijgen iedereen in hun macht, behalve Momo.

 Wat heb ik genoten van dit boek, en wat kon ik slecht begrijpen dat dit niet dezelfde aandacht kreeg als “Het oneindige verhaal” (the never ending story) dat van de hand van dezelfde auteur is. Ja, het staat buiten kijf dat dit het boek is dat in mijn vroegste jeugd de meeste indruk op me gemaakt heeft.

p.s even googelen leerde me dat het wel degelijk verfilmd is, in 1986 al.
p.s 2 ook ‘de Spiegel in de spiegel’ van deze meneer maakt heel erg veel indruk op mij, maar dat was later, toen ik al op het MBO zat en vrienden voorlas terwijl we in bomen klommen, of op de Euromast.

De emotie van een huis

Op een feestje word ik voorgesteld aan Charlie.
“Dit is, Charlie”, word er gezegd, “jullie hebben allebei net een huis gekocht, dus nu kunnen jullie fijn praten over verbouwingen en hypotheken en zo”. Ik kijk Charlie aan, eigenlijk heb ik helemaal geen zin in gesprekken over hypotheken of verbouwingen. Ooit kende ik iemand die nergens anders over kon spreken dan over hypotheken, hij voorzag iedereen random van hypotheek advies, zich niets aantrekkend van het feit dat de meeste mensen die hij kende huurders waren, het was een van de meest irritante personen die ik ooit kende. Zelfs een potje Monopoly eindigde in hypotheekadvies.

Toch beginnen we een gesprekje over vloeren, maar daar valt niet zo heel veel over te zeggen. Behalve dan dat we allebei een mooie houten vloer hebben, niet van dat laminaat, maar echt hout. Plotseling neemt het gesprek een interessante wending, en gaat het over emotie. Ik heb me er me er lelijk op verkeken hoeveel emotie er komt kijken bij het kopen van een huis.

Dat begint al met de locatie, huren kun je overal waar je het denkt enige tijd uit te kunnen houden, maar als je gaat kopen wil je op zijn minst een beetje gelukkig worden van de locatie. Dat je met enige regelmaat denkt, wow, wat ben ik toch een geluksvogel dat ik hier mag wonen. Of WTF! Ik heb een huis gekocht, gewoon hier, op een van de tofste plekken op aarde. Soms moet ik ineens heel hard lachen als ik mijn straat in loop, gewoon omdat het me zo gelukkig maakt dat het mijn straat is.

Daarnaast is het gewoon heel erg lekker om een plekje helemaal voor jezelf te hebben, dat niet gedeeld hoeft te worden met huisgenoten of geliefden. “Ja!” roept Charlie enthousiast, of dat je blij bent dat je zoveel ruimte hebt dat je een hele avond alleen maar rondjes in je huis rent, gewoon omdat het kan. Ik ken deze Charlie verder niet, maar ik zie het helemaal voor met, gewoon omdat ik het gevoel zo goed ken.

Als snel lijken onze gesprekken voor buitenstaanders helemaal niet meer over huizen of verbouwingen te gaan. Maar wij weten wel beter, een huis is veel meer dan een paar verbouwingen en een hypotheek. Een huis is emotie! En wij voelen ons verdomd goed.

p.s in het kader van #jankblog, ja die emotie was ook wel eens huilen omdat ik door de bomen het bos niet meer zag en dacht dat ik het allemaal nooit in mijn eentje voor elkaar kreeg. But i dit it! Oh zo! 

Jankblog maandag

Eigenlijk gaat het vandaag best goed met mij.

* Ik heb de afspraak bij de tandarts, die ik al twee maanden voor me uit zit te schuiven, gemaakt.

* Mijn adres eindelijk gewijzigd op mijn werk, en weer toegang tot het digitale portaal waar je dit soort dingen tegenwoordig zelf moet doen.

* Ik heb de stapeltjes post die door mijn hele huis lagen bij elkaar geharkt en er stapeltjes van gemaakt die ik van de week vast van plan ben verder te gaan ordenen. Daardoor heb ik ook meer inzicht in wat er verder nog geregeld moet worden (verzekeringen overzetten naar het nieuwe adres, een nieuwe dokter regelen, gemeentelijke heffingen betalen)

* Een stapel post van de vorige bewoners voorzien van het commentaar dat ze wegens verhuizing retour afzender moeten. En klaar gelegd om morgen op de post te doen.

Allemaal van die kleine dingetjes waar ik steeds de energie maar niet voor had, maar die vandaag kennelijk ineens moesten gebeuren. Misschien is het de lente die er aan komt. De dagen die weer langer worden, de sneeuw die verdwenen is, die er voor zorgen dat ik eindelijk weer een beetje energie voel.

Maar het is vandaag Jankblog maandag, heb ik zelf besloten tijdens het wekelijkse twitteruurtje over bloggen. Te volgen met de #blogpraat. Dus moet er ook janknieuws komen. En dat is er ook. Maar het is nog zo onwerkelijk dat ik het zelf nog niet helemaal lijk te geloven. Per 1 april gaat een vestiging waar ik drie dagdelen werk haar deuren sluiten. Het gaat namelijk niet zo goed met het bedrijf waar ik werk, en onze vestiging is erg duur omdat hij maar drie uurtjes per dag benut wordt. Het is nog niet duidelijk waar ik en mijn collega’s onze werkzaamheden verder mogen vervullen. Sterker nog, het is helemaal nog niet zeker of ik straks nog wel een baan heb. Want we gaan reorganiseren, en er gaan hoe dan ook ontslagenen vallen.

Dat is kut, erg kut, want misschien behoud ik mijn baan wel, maar dan zijn er wel collega’s die plaats hebben moeten maken voor het behoud van mijn baan. Die onzekerheid is naar. Zusje is pas haar baan verloren van de een op de andere dag. Ik kan haar niet zoveel geld lenen als ik graag zou willen, omdat ik nog niet weet wanneer ik er zelf aanspraak op moet maken. Bij iedere aankoop die ik wil doen denk ik, kan dat wel, wat als ik straks geen geld meer heb? Of moet ik het dan juist nu kopen omdat het nu nog wel kan? En voor dat vrijgezellenfeestje van een vriendin heb ik me toch maar afgemeld, want leuk zo’n dagje voor lul lopen in een onbekende stad, maar kan ik daar op dit moment wel 70 euro voor missen?

Hoewel ik er nog niet van wakker lig, stiekem denk dat het allemaal wel goed komt, dat het allemaal wel los loopt, houd het me wel bezig tijdens dat soort kleine beslissingen.

Pfff en ergens, is het best wel lekker, dat ik dit nu speciaal voor jankblog maandag even van me afgeschreven heb. Normaal zou ik dit lekker in mijn eigen kleine binnenwereldje gehouden hebben. Maar voor een keer is mijn binnenwereld ook de buitenwereld. En nu ga ik even een potje janken in mijn Hello Kitty zakdoekjes!

Anders oud

Tegenover me in de trein zitten twee dames, die zich gedragen en kleden zoals alleen vrouwen van boven de 40 dat kunnen. Ze hebben een air over zich heen alsof je hun niets wijs hoeft te maken, alsof zij het allemaal wel weten. En tegelijkertijd stralen ze een rust uit alsof het allemaal niets uit maakt, er niet toe doet, dat wat zij weten en ik nog niet.

Ik kan alleen maar naar ze kijken, ze van een afstandje observeren, en me afvragen of ik ooit zo word als zij. Natuurlijk snap ik dat ik ooit ouder word, net zou oud als zij, maar word ik zo oud? Zal ik in de komende tien/ twintig jaar besluiten om een mevrouw te worden? En hoe komt zo’n besluit tot stand? Komt dat met de eerste blijvende rimpel die dieper is dan een krasje aan de oppervlakte? Is het iets dat je zomaar overkomt? Is het iets dat altijd al latent aanwezig was? Zijn deze vrouwen ooit jong geweest? En als ze in de spiegel kijken, hebben ze dan heimwee naar het meisje dat ze ooit waren? Of vinden ze het wel best zo, zijn ze tevreden met de mevrouwen die ze nu zijn?

Het staat allemaal zo ver bij mij vandaan, ik kan me niets voorstellen bij deze transformatie. Terwijl ik me realiseer dat jaren sneller voorbij gaan dan je lief is. Je knippert met je ogen en er is alweer een jaar voorbij. En ja, ik paste mijn kapsels en kleren aan naar of tegen de huidige mode, mijn voorkomen veranderde meer dan eens, maar ik bleef steeds dezelfde. Ik denk dat dat zo blijft. Dat ik anders oud word. Altijd iets van een meisje in een veel te grote mensen wereld over me heen zal blijven houden. Een geruststellende gedachte.

Een nieuw begin

Posted by Picasa
Ze heeft niet veel inbeeldingsvermogen nodig om te bedenken hoe hij daar zit. De derde barkruk bij binnenkomst in het rokershok, zodat hij met de barman kan praten over de lekkere wijven die binnen komen. Maar er komen geen lekkere wijven binnen dus word er zwijgend naar een wedstrijd gekeken.
De wedstrijd interesseert hem niet, wel vind hij het fascinerend dat er op ieder scherm een andere wedstrijd te zien is. Zijn gedachten laten de spelers van het ene scherm naar het andere scherm lopen. Ze zullen raar opkijken daar op de tribune, als er ineens een American football speler het voetbalveld op komt lopen. Hij lacht, voor niemand is duidelijk of hij lacht om een grap die niemand hoorde of een grap die door niemand verteld werd.

Beide opties stemmen hem mistroostig. Schaamt hij zich? Nee, hij is de schaamte al lang voorbij, en dat maakt hem nog mistroostiger. Hij weet zichzelf geen houding te geven en besteld nog maar een bier. Iets met een ingewikkelde naam, iets met een anekdote, dan kan hij de barman daar mee vermoeien en verstrijken er weer drie minuten. Maar de barman luistert maar met een half oor, omdat hij wel geïnteresseerd is in de wedstrijd. Hij doet alsof hij ineens een ingeving heeft en pakt een pen en een papiertje uit zijn binnenzak.Football en Voetbal krabbelt hij, en daar zullen ze raar van opkijken Als er iemand probeert mee te lezen zullen ze niet snappen wat er staat, de moeite is tevergeefs, er is niemand die mee wil lezen.

Hij kijkt op de klok, half twaalf nog maar, zijn ogen speuren de omgeving af, nog steeds geen lekkere wijven. Bij de deur blijven zijn ogen hangen, misschien dat ze binnenkomt, vroeger zou zijn hart dan opgesprongen zijn, nu zou hij niet weten hoe hij zou moeten reageren. Misschien dat hij haar zou kunnen vertellen dat hij een draakje voor haar zou slachten, misschien zou hij kunnen vertellen dat hij tot drie uur op haar zou wachten, dat hij tot drie uur op haar heeft gewacht, avond aan avond, maar dat ze nooit meer door die deur kwam. Misschien kon hij vertellen dat hij een ex van haar zou vermoorden. Misschien dat ze daar om zou moeten lachen. Misschien dat niemand dan door zou hebben of ze zou lachen om een grap die niet verteld werd of een grap die niemand hoorde.

Nee, ze heeft niet veel inbeeldingsvermogen nodig om hem daar voor zich te zien. Om zijn eenzaamheid te voelen die als een loden last op haar schouders drukt. Om te zien hoe hij opstaat, de avond al opgevend voordat deze goed en wel begonnen is. Maar ook vanavond zal ze niet door die deur komen. Ook vanavond zullen haar voeten elders dansen, lichtvoetig zal ze zijn, zijn ijzeren greep zal verslappen. Ze zal niet meer achterom kijken, dat weet hij ook wel, ze zal de deur gesloten houden, het heeft geen zin meer om te wachten. Het is tijd voor een nieuw begin.

Nieuwe vrienden in 2020

Omdat ik 2 dagen niet geblogt heb, time cheaten niet goed voelt, het weekend is, en mensen alles wat ik ooit schreef over transgenders de laatste tijd verslinden, ben ik de archieven ingedoken van wat ik ooit schreef. Ik schreef dit verhaal als inzending voor een wedstrijd, waar het niet gewaardeerd werd, maar dat geeft niet, want stiekem schreef ik het nog meer voor mijn lieve vriendinnetje die tegenwoordig een lief vriendje is, en die waardeerde het dan weer wel. Veel leesplezier.


Mijn nieuwe vrienden in 2020
Raven staart naar haar beeldscherm. Dat doet ze nu al minuten lang, alleen maar staren, apathisch bijna.  Naast haar staat een mok thee die inmiddels koud geworden is. Haar psycholoog had haar een opdracht mee gegeven, “schrijf maar een opstel”, had ze gezegd, luchtig, alsof het niets voorstelde.”Hoe ziet jouw leven eruit in 2020? Wie zijn je vrienden, wat heb je bereikt? Waar ga je naartoe? Hoe voel je je?”. Raven haalt diep adem, maar ook dit helpt niet. Eigenlijk is ze boos, heel boos. 
*
“Het leven van Raven in 2020”, ramt ze uiteindelijk neer. Ze drukt harder op de toetsen dan strikt noodzakelijk is.

From: Raven1994@live.com
To:
AnneliesdeVries@ziggo.com
Subject: Het leven van Raven in 2020
Hoe ziet mijn leven eruit in 2020?
Weet ik veel!
Totaal anders dan nu in ieder geval.
Ik hoop dat ik de operatie dan achter de rug heb, dat ik Raven niet meer ben, niet meer hoef te zijn. Ik ben Raven al niet, nooit geweest ook eigenlijk. Waarom willen die stomme hoeren dat niet zien? Ik ben Victor! 
Raven laat een snik horen, “godverdomme, ik ben Victor”, schreeuwt ze, maar ze word door niemand gehoord. Ze haalt haar arm langs haar gezicht om haar tranen te drogen en gaat dan verbeten door.
Wie zijn je vrienden, wat heb je bereikt?
Waarom is dit in hemelsnaam 1 vraag denkt Raven nijdig. Ik splits hem wel op in twee deel vragen, niet dat het daar makkelijker van word. Maar vast wel overzichtelijker.
Wie zijn je vrienden? 
Anna? Zou Anna nog vrienden met mij willen zijn als ik Raven niet meer ben? En Lisa? Nee, vast niet. Ik heb altijd bij ze weggehouden dat ik eigenlijk geen meisje ben. Als ik mijn borsten afbind, en jongenskleren aan doe, dan ben ik alleen.  Niemand weet het, hoe ik me voel diep van binnen. Hoe ik mezelf ieder avond in slaap huil. Hoe ik verliefd word op meisjes. Maar meisjes zien mij niet staan, want als ze naar mij kijken dan zien ze Raven, Victor is onzichtbaar voor ze.
Ik moet nieuwe vrienden maken in 2020. Vrienden die ik nu nog niet ken, die ik nog nooit eerder gezien heb. 
Ronald zal mijn vriend zijn. Ronald is groot en sterk, de meisjes kijken naar hem op omdat hij zoveel tijd in de sportschool door brengt. Zijn torso is gespierd en zongebruind. “Hier kleintje”, zal hij tegen mij zeggen als hij mij zijn handdoek toewerpt. En ik zal naast hem zitten tot mijn torso even gespierd is als dat van hem.
Anna, mooie Anna, misschien word ze wel verliefd op mij. Zullen we toch vrienden blijven, maar dan als stelletje. Misschien kan ze er aan wennen dat ik Raven niet meer ben maar Victor. Ik zal haar altijd beschermen. Ik ken al haar geheimen, al haar onzekerheden, omdat ze tegen mij praat alsof ik ook een meisje ben. Dat moet toch handig zijn. Anna zal aan mijn zij lopen en alle andere jongens zullen jaloers zijn dat ik zo’n mooi meisje heb, dat wij zo volmaakt gelukkig zijn. Zo zal het gaan.
En Luke, Luke zal ook vrienden met mij willen zijn. We zullen samen sleutelen aan scooters en auto’s, onze handen zullen altijd onder de smeer en vuiligheid zitten. Wij kunnen alles maken wat kapot is en nog meer. 
Wat heb je bereikt?
De mensen zullen me eindelijk zien zoals ik ben. Ze zullen me niet meer zo raar vinden, omdat mijn gedrag eindelijk overeenkomt met hoe ik eruit zie. Ik zal nooit meer rokjes of jurken hoeven dragen. Nooit meer geheimen met mij mee dragen. Meisjes zullen naar mij omkijken omdat mijn lichaam zo mooi afgetraind is en mijn haar zo mooi dik. Jongens zullen tegen mij opkijken omdat ik net meer kan, meer durf dan dat zij durven en kunnen. Mensen zullen van mij houden. Ze willen vrienden met mij zijn. Met mij valt tenslotte altijd iets te beleven.
Waar ga je naartoe?
Waarom moeten mensen altijd ergens naartoe? Is het niet goed om gewoon te zijn waar je bent?
Waar ga ik naartoe vraag je me? Alsof ik een plan heb dat verder gaat dan wie ben ik en wie wil ik zijn. Raven gaat helemaal nergens naartoe hoor je me, in 2020 bestaat Raven niet meer. Raven zal niet meer dan een vage herinnering zijn, dat vreemde meisjes in fotoalbums van de mensen die zich nu mijn vrienden noemen. Een rokje ergens achterin de kast dat de tand des tijd overleeft heeft, omdat mijn moeder het niet over haar hart kon verkrijgen het weg te gooien. Maar ik, nee, ik zal er niet meer zijn, en omdat ik nergens zal zijn kan ik ook nergens naartoe gaan.
Raven krijgt de smaak van het schrijven te pakken. Woorden komen onder haar vingers vandaan alsof het automatisch schrift is. Het lijkt alsof het allemaal buiten haar om gebeurd. Alsof zij er niets mee te maken heeft. Alsof Victor echt iemand anders is en niet gewoon een deel van haar.
Hoe voel je je?
Boos, wil Raven intikken, maar ze haalt het weer weg. In 2020 hoeft ze niet meer boos te zijn, in 2020 is ze 26, dan mag ze haar eigen beslissingen nemen. Dan is er geen vader, geen moeder geen stomme psycholoog meer die haar kan vertellen wat ze moet doen. Ronald en Luke zullen haar pestkoppen niet meer zijn, ze zullen haar haren niet meer in de fik steken, haar tas niet meer leeggooien op het schoolplein. Ze zal niet meer uitgelachen worden omdat ze er niet uit ziet zoals de andere meisjes, omdat ze zich niet gedraagt zoals de andere meisjes. Ze zal geen lippen van jongens meer hoeven te kussen in het fietsenhok, haar borsten niet meer laten betasten, alleen omdat ze erbij wil horen. 
Gelukkig, tikt ze daarom.
In 2020 zal ik gelukkig zijn. Ik zal een nieuw leven hebben. Ik zal een nieuw iemand zijn.
*
Ze leest het document nog eens over. Maar de tranen die achter haar ogen prikken zorgen ervoor dat dit onmogelijk is. Abrupt drukt ze op verzenden. Ze wil er vanaf zijn, er niet meer aan hoeven denken. Ze heeft genoeg geleden nu. Raven is moe, zo moe, ze kan niet meer. Dit geheim dat ze al die tijd met zich mee gedragen heeft drukt te zwaar op haar schouders.
*
Tegen de tijd dat het mailtje Raven’s psycholoog heeft bereikt ligt Raven in het ziekenhuis, haar maag word leeggepompt, ze is nog nauwelijks bij bewustzijn. Het is de vraag of ze 2020 nog gaat halen. Om over haar nieuwe vrienden nog maar te zwijgen.

Het stoutste jongetje van de klas

Een blog uitdaging. Schrijf een blog met als titel het stoutste jongetje van de klas.
Nu ja, die uitdaging ga ik wel aan.

Van de zomer woonde hij nog ergens anders, maar midden in de vakantie gebeurde dat verschrikkelijke waar hij het liever niet over heeft. En nu zit hij hier ineens in dit dorp. Waar hij niemand kent, en alles saai en stom is. In de buurt zijn geen kinderen, misschien zijn die op vakantie, hij weet het niet. Gelukkig gaat hij naar de BSO, mama zegt dat hij daar wel vriendjes zal maken. Mama heeft makkelijk praten, die wilde hier heen. Het is allemaal haar schuld.

En echt, hij doet zijn best om vriendjes te maken, maar de andere jongetjes lijken hem niet te zien, hem niet nodig te hebben, ze hebben allemaal al vriendjes. Hij probeert te achterhalen wat ze doen, welke spelletjes ze spelen, maar het lijken geheime codes die hij niet kan ontcijferen. Dat frustreert hem, het maakt hem boos, hij wil gewoon, mee doen. Hij wil dat je andere jongens hem zien, dus doet hij stoerder dan hij is. Hij schreeuwt, speelt de baas, klimt op het dak, smokkelt stiekem chips en cola mee, maar het helpt allemaal niets. Ze vinden hem alleen maar raar. Mama zegt dat het tijd nodig heeft. Mama heeft makkelijk praten, die heeft haar beste vriendje mee genomen naar dit dorp, die heeft geen nieuwe vrienden nodig.

Nog twee weken, dan begint de school, dan zal alles anders worden. Dan zal hij nieuwe vrienden maken. Ondertussen is het gewoon een kwestie van afwachten. Hij leest zijn boeken, speelt zijn computerspelletjes en heel af en toe, speelt hij buiten, met kinderen uit de wijk, die andere mensen bespugen, uitschelden, en altijd chips en cola bij zich hebben die ze dan stiekem opeten uit het zicht van grote mensen. Hij doet niet meer mee met de spelletjes die de BSO juf verzint.En de andere kinderen zijn eigenlijk ook maar een beetje saai en kinderachtig met hun spelletjes. Nee, dit is echt. Dit is vriendschap zoals vriendschap bedoeld is, door dik en dun. Mama zegt dat dit nu juist de verkeerde vrienden zijn, dat ze een slechte invloed op hem  hebben. Mama moet haar grote bek houden, ze begrijpt er helemaal niets van.

Als de school eindelijk begint zitten de jongetjes van de BSO bij hem in de klas. Zijn reputatie is hem vooruitgesneld. Nu al is hij het stoutste jongetje van de klas. Hij probeert zich er tegen te verzetten, maar word door niemand gehoord. Hij schreeuwt het uit, want hij wil zo graag gezien worden voor wie hij echt is. Maar dat interesseert niemand iets. Zij hebben hem niet nodig, zij hebben al vriendjes. En hun mama’s zeggen dat hij een slechte invloed op ze heeft.

Hij zit in een vicieuze cirkel waar hij niet uit komt. Hij is een tikkende tijdbom. Er is maar een oplossing, de school moet weg, dus steelt hij wasbenzine en een aansteker en kijkt van een afstandje toe hoe de vlammen deze gehate plek langzaam opeten. Zonder school zal hij niet langer het stoutste jongetje van de klas zijn. Eindelijk kan hij zichzelf weer worden. Opgelucht haalt hij adem als zijn voeten hem steeds verder van deze verschrikkelijke plek brengen. Mama zegt dat ze niet snapt wie zoiets doet, als ze het nieuws van de afgebrande school hoort, en streelt hem liefkozend door zijn haar. Zullen we samen iets leuks gaan doen vraagt ze. Hij knikt enthousiast, eindelijk word hij gezien.