Oude vrienden

De oude vriend die al jaren in het buitenland verbleef kwam plotseling langs, omdat hij in de buurt was. En weg gingen mijn voornemens over iedere dag bloggen, en ook nog eens iets te zeggen te hebben.
Want ik werd te veel in beslag genomen door herinneringen aan vervlogen tijden. Toen wij allebei nog een stuk jonger waren, we zullen nooit meer zo jong zijn als toen, maar aan de andere kant, we zullen ook nooit meer zo jong zijn als nu.

Soms overkomt het leven je en heb je gewoon weg even geen tijd om erover te schrijven.

Tot morgen!

Uitgesteld afscheid

Bij werken met kinderen hoort ook afscheid nemen, zeker in tijden van recessie. Ouders verliezen banen, hebben geen opvang meer nodig of kunnen geen opvang meer betalen. Soms is dat ronduit klote.
Vandaag moest ik me voorbereiden op zo’n klote afscheid. Dit meisje wil ik helemaal niet missen. Haar onbevangenheid maakt me altijd vrolijk. Het is niet dat we elkaar nu de hele tijd opzoeken. Het is een erg zelfstandig meisje, ze heeft mij niet zo nodig. Maar ik mag haar gewoon graag.

Ik merkte bij haar ook dat ze afscheid aan het nemen was. Ze was net iets aanhankelijker, benoemde de hele tijd wat ze allemaal wel niet voor het laatst aan het doen was, en hoe jammer het was dat ze niet naast me kon zitten in het busje.

Totdat haar moeder haar kwam ophalen met goed nieuws, ze blijft nog 3 maanden extra!
En ons afscheid kunnen we nog even voor ons uit schuiven! Gelukkig maar.

Verre reizen

Gisteren moest een van de meisjes op mijn werk huilen omdat ze haar grote broer zo erg miste. Hij was de wereld aan het bereizen en had haar zomaar achtergelaten. Ooit was ik ook zo’n rot zus, die zomaar haar biezen pakte en een paar maanden in het buitenland ging werken. Ik probeerde het leed te verzachten door elke week kaartjes naar huis te schrijven, vaak een eigen exemplaar voor mijn kleine zusje. Zou zij ooit een traan om mij gelaten hebben toen? Zou ze me gemist hebben? Of maakte die kaartjes het allemaal echt minder erg?

Ik besluit het haar te vragen. Ze zegt dat ze me natuurlijk miste, maar dat ze bovenal heel trots was op haar grote zus, die zomaar zo’n avontuur aan ging. En dat ze samen met mijn moeder eigenlijk te druk was met het cool voor mij vinden, om het erg te vinden. Bovendien had ze nu vrijelijk de beschikking over mijn kledingkast gehad, dat is ook wat waard.

Onwillekeurig glimlach ik, omdat ik me altijd gesteund heb gevoeld door mijn familie. Omdat mijn kleine zusje dat zo goed weet te verwoorden. Omdat we altijd onze eigen keuzes hebben mogen maken.

En met dat kleine meisje op mijn werk komt het ook wel goed. Ik vertel haar over mijn eigen avonturen van ooit, lang geleden. Samen maken we een tekening voor haar grote broer. Die ze naar hem kan opsturen waar ter wereld hij ook mag zijn. En ze neemt zich stellig voor om zelf nooit een verre reis te maken. Bang voor wat ze achter moet laten.

Timing

Een van mijn lievelingsgedichten van Marion Bloem uit de bundel “Liefde is soms lastig, liefste”

Gisteren vertelde ik Marion op Twitter dat ik dit zo’n mooi gedicht vond, en dat ik het bij mij thuis voorlees aan iedereen die het maar wil horen, op van die avonden dat je nu eenmaal niets anders kunt doen dan elkaar gedichten voorlezen. (mijn lieve Visje, ik hoop dat er nog veel van die avonden gaan volgen). De kwaliteit van mijn webcam zuigt, en het geluid is niet perfect. En Marion zelf leest het veel mooier hier veel mooier voor! Maar toch, nu Visje door omstandigheden even veel te ver van mij vandaan woont moet dit even de vervanging zijn. En jullie mijn publiek.

De niet bestaande onbekende

Omdat het weekend is, nog een juweeltje van mijn vorige blog die hier een herkansing krijgt!

De gitarist en ik hebben een gesprek over muziek. Hij heeft muziek en een melodielijn maar nog geen woorden. Ik vertelde hoe ik vroeger, als klein meisje, toen ik nog op ballet zat soms in mijn eentje naar de koffieconcerten bij ons in het theater ging. Hoe oud zou ik geweest zijn? Een jaar of zes?
Ik voelde me heel groot en volwassen als ik daar dan zat. Het andere publiek zag mij vooral als een schattig klein meisje, dat daar zo braaf zat te luisteren. Soms boden ze me een dropje aan. Als ik daar dan zo zat, sabbelend op mijn dropje sloot ik mijn ogen en bedacht ik hele verhalen. Over huppelende konijntjes die achterna gezeten werden door grote storm wolken. Of over familie leden die ik niet meer zag en hoe hun levens waren. Dat is het voordeel van mensen die je niet meer ziet, in je fantasie kunnen ze van alles worden en zijn.

De gitarist vraagt wat voor een verhaal ik bij zijn muziek voor me zie. Hij speelt, ik sluit mijn ogen. Ik zie een meneer met een koffer en een regenjas op een treinstation. Het station is verlaten, alleen deze meneer is er, het regent. Hij gaat op reis, er hangt een zweem van opwinding over hem heen. Op reis gaan is niet heel normaal voor deze meneer. Hij heeft een 9 tot 5 baan en leeft een voorspelbaar leven. Maar stiekem droomt hij weg, is hij al maanden, nee jaren aan het plannen, aan het voorbereiden, en nu, nu is de dag aangebroken dat hij stopt met dromen. Hij zet zijn koffer neer, die heeft hij niet meer nodig. Hij laat hem staan als hij de trein in stapt. Tegenover hem zit een meisje met rode lippen, ze kijkt dromerig uit het raam en heeft niet in de gaten dat hij naar haar kijkt, dat hij iets groots gaat doen. Het meisje glimlacht, een binnenpretje, de meneer word hier euforisch vrolijk van, hij wil zijn plannen delen, hij wil vertellen, en voordat hij er erg in heeft spreekt hij haar aan. Hij verteld maar en verteld over waar hij vandaan komt, dat het allemaal niet makkelijk is geweest, maar dat daar nu verandering in komt, dat hij knopen heeft doorgehakt, dat hij de sprong in het diepe gaat wagen, zonder vooraf zwemlessen te nemen. En hij zal nog wel zien of hij verdrinkt of zal blijven drijven. Het meisje laat hem praten, laat hem vertellen, ziet die sprankeling in zijn ogen, ziet dat zijn dromen misschien niet rexebel klinken, maar dat hij gelukkig is, gelukkiger dan hij in tijden geweest moet zijn, als ze naar zijn doorleefde gezicht kijkt. En ze voelt dat het goed is.

De gitarist had hele andere ideeen met het lied, hij snapt niet waar mijn beelden vandaan komen. Hoezo een 9 tot 5 baan? Hoezo een reis? Jammer, ik vond deze meneer net zo sympathiek. Ik was al een beetje van hem gaan houden. Ik wilde met hem mee op reis, ik wilde weten wat hem toch zo gelukkig had gemaakt, en hoe hij tot dat inzicht gekomen was. Maar ik zal er nooit achter komen. De meneer is een afgekeurd idee, hij bestaat niet. Hij is mijn niet bestaande onbekende en zal dat blijven!
Trein2(1)

Waar word ik blij van

Op mijn blog over vooruitzichten reageerde Sonja van Broekhuizen dat ik misschien maar eens lijstjes moest maken van wat ik ooit nog eens wil doen. (Als ik genoeg tijd en middelen heb)
Ik antwoorden dat  ik even geen tijd had voor “als ik ooit….” doelen, actie moet er komen! Misschien was haar cursus van drammen naar dromen dan misschien iets voor mij. Aangezien ik een dromer op en top ben klikte ik nieuwsgierig haar link aan.

Daar lees ik dat je deze cursus vooral moet doen als je:

“Ik weet niet waar ik écht blij van word”, tenminste, dat denk ik.
“Wil het wel anders, maar weet niet hoe” gezien al mijn talloze mislukkingen in het verleden.
“Waarom anders doen, het gaat nu best wel aardig” ondanks dat het mij veel energie kost.
“Kan wel ruggesteun gebruiken om mijn dromen te verwezenlijken” anders blijf ik de dingen doen die mij alleen maar energie kosten.

Ja, maar ho eens even, roept er meteen een stemmetje in mijn hoofd. Ik weet heel goed waar ik echt blij van word. In mijn huidige werk als pedagogisch medewerkster word ik blij van de vertrouwensband die ik met ouders en kinderen heb. Ik vind het echt tof als ik het vertrouwen van de kinderen (en ouders) weet te winnen en ze vergeten dat ik de juf ben, maar mij als gelijkwaardig gesprekspartner zien, waar ze bij terecht kunnen met hun angsten, onzekerheden maar ook met vrolijke verhalen en verliefdheden.

Ook geniet ik in deze functie erg van het bedenken van thema’s en vakantie programma’s. Ik vind het een uitdaging om iedere keer weer met iets nieuws en verrassends aan te komen zetten.

Daarnaast wordt ik erg blij van iedere opdracht die ik binnensleep met sprooksjesjuf. Ik geniet er van om verhalen voor te lezen of te vertellen, mee te gaan in de fantasie wereld van de kinderen, heerlijk met ze te kliederen en knutselen, koken, yoga op dramalessen te verzorgen. Ook geniet ik er van mijn samenwerking met Van prinses tot piraat en hoop ik deze verder uit te bereiden. We zouden een goed duo zijn om de kinderhoek van bijvoorbeeld een festival op te leuken, in ons eigen sprookjesdecor. Vol leuke spelletjes, verhalen en Smink. Ik vind het heerlijk om typetjes te spelen en uit te diepen (ook voor grote mensen)

Trainingsacteur lijkt me ook een heel erg gaaf beroep! Denk dat ik daar verschillende vaardigheden in kwijt kan.

In mijn stages en vrijwilligerswerk heb ik altijd erg genoten van het organiseren van (thema) feesten, (thema) cafe’s, bandjes avonden en (mini) festivals. Zeker in Apollo heb ik bijna 2 jaar lang iedere maand 2 a 3 bandjes gehad. Echt een super kick.

En mijn kinderverhaal wat steeds meer vorm aan begint te nemen maakt me natuurlijk ook erg blij. Mensen die ik stukjes heb voorgelezen of laten lezen zijn stuk voor stuk allemaal erg enthousiast.

Wil het anders maar weet niet hoe? Misschien dat dat voor mij op gaat,  maar niet omdat ik dingen die ik in het verleden deed als mislukt beschouw. Ben je gek, misschien is sprookjesjuf nog niet zo ver van de grond als ik graag zou willen. Maar het heeft me kennis laten maken met nieuwe plekken, nieuwe wensen en nieuwe doelgroepen. Had nooit gedacht dat ik zo zou genieten van een groep gehandicapte kinderen bijvoorbeeld. Dat zij geen geld meer hebben om mij te betalen is hooguit jammer, maar zeker geen mislukking!

Misschien dat het dan ligt aan het stukje, dingen doen waar je energie van krijgt, want als je doet wat je leuk vind, gaat het je gemakkelijk af. Iets dat zeker waar is en wat  ik ook heb mogen ervaren. Ik ben dan ook echt wel bereid om dingen anders te doen. In mij bruisen genoeg ideeën en bescheiden dromen. De vraag is eerder welke werkgever zit er op mij te wachten? Welke baan past bij de dingen die ik leuk vind. En bij de dingen waar ik energie van krijg.

Ben ik toch weer een stukje dichterbij dan ik dacht! 

Anja

Tegen beter weten in nam ik toch maar eens een kijkje op mijn oude blog, daar kwam ik deze herinnering aan een vakantie van lang geleden tegen. Die me bij het teruglezen weer een glimlach bezorgde.Vandaar een herplaatsing hier.  

Ik vind een flesje wijn in mijn koelkast. Zo’n klein flesje waar je twee glaasjes uit kunt halen, zoals je bij de Albert Heijn kunt kopen. Alleen is deze dan niet van de Albert Heijn. Waar het wel vandaan komt weet ik niet meer. Ik zal het er toch zeker zelf neergezet hebben? Dan schiet me ineens een zomer avond te binnen, op de terug weg van ons Wales tripje was Shopvriendin gaan slapen terwijl ik het nachtleven aan boord van het schip samen met Anja verkende. Het kan overigens ook dat Anja een andere naam had, en dat Anja haar beste vriendin was waar ze veelvuldig over sprak. Ik weet het niet meer, mijn geheugen laat me in de steek.

Anja en ik concludeerde al snel dat er niet echt een nachtleven was. Uiteindelijk ontdekte we wat leven op het dek. En terwijl we Engeland achter ons lieten en de schemering in trad stonden wij daar te praten over het leven. Anja was gescheiden, een nieuwe levenspartner had ze nog niet, veel te verwarrend ook voor de kinderen. Maar nu de kinderen groter werden voelde ze toch weer iets kriebelen. Ze was niet van plan de rest van haar leven alleen te blijven.

Er waren wel eens mannen geweest, waar ze dan een avondje wat mee was gaan drinken. Maar uiteindelijk werd het hem toch niet. Ze staarde over het water, alsof daar ergens antwoorden verscholen lagen. Ik luisterde naar haar levensverhaal, dat was onze taakverdeling.

Het staan bij de reling was ons gaan vervelen en we hadden plaatsgenomen aan een tafeltje. De bar ging bijna dicht, we konden nog net een drankje bestellen. De man achter ons vond dat belachelijk en kocht alle wijn die er nog in huis was. Er werd hem een doosje met 24 kleine flesjes overhandigd. Terwijl Anja vertelde over haar vriendinnen van de vrijgezellenclub en hoe deze nu allemaal een nieuwe partner gevonden hadden, allemaal, behalve zij. En hoe ze nu liever met nieuwe partners op vakantie gingen in plaats van met haar, opende de man met de 24 flesjes zijn eerste flesje en dronk dit in een paar slokken leeg. Anja ging verder, dat zij het allemaal anders aan zou pakken, als je een partner hebt kun je toch nog wel gewoon met een vriendin op vakantie? Je hoeft je vriendinnen toch niet te laten vallen? De man opende nog twee flesjes en gaf er een aan de vrouw tegen over hem, die deze giechelend in ontvangst nam. En terwijl Anja vertelde over haar ex man waar ze nog steeds vrienden mee was, en over mensen die ze vroeger had gekend met een open relatie, waar de moeder van het gezin dan bij het ontbijt uitgebreid verslag deed over met wie ze had liggen neuken terwijl de vader niet op of om keek van zijn krant werden er nog wat flesjes geopend en leeg gedronken. Anja had dat maar niets gevonden, zo’n open relatie, daar kun je toch niet gelukkig van worden? Nee als het zo moest, dan bleef ze liever alleen, want wanhopig was ze niet, dat moest ik niet denken hoor.

De man met de 24 flesjes en zijn vriendin giechelden terwijl ze naar de flesjes keken. Het was duidelijk dat ze al ver heen waren, wat ze met het restant moesten wisten ze niet, tot de man een inval kreeg. Met een zwierig gebaar zette hij twee flesjes voor ons neer. Anja en ik bedankten vriendelijk maar vonden het wel weer mooi geweest, dus namen we de flesjes mee naar onze hutten. En zo komt het dat er een onbekend flesje wijn in mijn koelkast staat. Even twijfel ik of ik het op zal drinken. Dan hoor ik de waterkoker afgaan en besluit ik toch maar thee te maken. Over een paar weken zal ik het opdrinken, en toasten op Anja die voor een nacht onderdeel van mijn leven uitmaakte en haar verhaal vertelde. Ik zal op haar drinken en de herinnering die ik nu nog even vast wil houden zal vervagen. Zoals dat gaat met vrienden voor een nacht.

De lelijkheid van Carnisselande

Als ik met Draak (niet te verwarren met Draakje) een nogal lange autorit maak vind ik eindelijk een medestander in mijn kritiek op de architectuur van Carnisselande. Sinds ik daar heb stage gelopen ben ik nog nooit in een wijk geweest die lelijker was. Carnisselande heeft weinig tot geen sfeer. De gebouwen lijken er lukraak neer gezet te zijn en hebben geen samenhang. Alsof er tegen 10 verschillende architecten gezegd is, weet je wat, jij krijgt dat stukje zet er maar iets neer, maakt niet uit hoe het eruit komt te zien en ook in kleur en materiaal keuze ben je geheel vrij.

Een andere verklaring kan ik echt niet bedenken voor wat daar gebeurt is. Ik was jongerenwerker (in opleiding) en moest nogal vaak de straat op om jongeren te spotten. Je kent het wel, analyseren of ze buiten rond hangen, en met wie, en waar, en op welke tijdstippen. Er hingen vrij weinig jongeren rond op de tijdstippen dat ik mee mocht (want meisjes mochten alleen overdag de straat op) dus was ik overgeleverd aan de lelijke gebouwen. Gesprekken gingen vaak zo. “Moet je dat nou zien, wie verzint zoiets, die kleurencombinaties, slaat echt helemaal nergens op.” “OMG! ze noemen het Carnisse Avenue, wat denken ze wel niet? Zo ziet een Avenue er toch helemaal niet uit? Wat dachten ze, we geven het een hippe naam? Dan komt de rest vanzelf?” “En dan die “groenrotonde”, denken die mensen niet na? Als het de bedoeling is dat die rotonde begroeit, zouden ze er dan niet iets neerzetten dat sneller groeit? Op deze manier duurt het nog zeker tien jaar voordat we de bedoeling kunnen zien” “Oh gruwel, heb je dat gezien? Een rijtje vuurtorens!, kom op dat kan echt niet, ze zitten niet op Ameland, ik zie het al voor me, waar woon jij? Nou derde vuurtoren van rechts, wie verzint dit in vredesnaam!” “Laura, LAURA, als je je er zo aan ergert, waarom doe je er dan niets aan? “Maar kom op, serieus, niemand vind dit toch mooi?”

Mijn collega’s waren het er over eens. Ik had iets met architectuur moeten gaan doen. Want niemand ergerde zich kennelijk aan de lelijkheid en onfunctionaliteit van gebouwen zoals ik dat deed. Totdat ik dus bij Draak in de auto zat, en er eindelijk eens iemand was die het met me eens was. En bovendien nog eens hele leuke suggesties had voor verbetering.

afbeelding door: Draak

Vooruitzicht WOT #1 2013

Vroeger had ik altijd een doel, een droom, iets om naartoe te werken.
Maar sinds een aantal jaar weet ik het niet zo precies meer, en hoop ik nog steeds op een dag wakker te worden en dan te weten wat ik wil. Ondertussen zijn dagen weken, maanden en jaren geworden en weet ik het nog steeds niet. Ik ben zonder focus. Zonder echt doel, en blijf maar hopen wakker gekust te worden.

Misschien dat dit het jaar van focus moet worden, van doelen stellen, van verandering, van vooruitzicht. Maar vooralsnog heb ik geen uitzicht op wat die doelen moeten gaan zijn. Jullie houden mijn vooruitzichten dus nog te goed.

P.s

suggesties zijn welkom

Maten

Onlangs kwam ik erachter dat er mensen zijn die geen vrienden hebben maar “maten”.
Aangezien ik meer een vrienden persoon ben fascineert dat me, maten. Maten zijn niet hetzelfde als vrienden. Volgens mij moet je een man zijn om maten te kunnen hebben.

Maten drinken samen bier, praten over vrouwen, voetbal en computers. Braden het vlees op een BBQ, sjouwen banken drie trappen omhoog, op hun rug, en komen je elektra wel even aanleggen. Eigenlijk zijn maten vooral functioneel.

Vrienden daar in tegen zijn emotioneler, die drinken wijn tot diep in de nacht, pratend over dromen en wat ze bezighoud, appeltaart en liefde, heel veel over liefde. Vrienden kunnen zowel mannen als vrouwen zijn. En alles wat maten kunnen, kunnen zij misschien ook wel, je weet het alleen niet zeker, in die zin zijn vrienden dus verrassender. Minder voor de hand liggend.Vrienden zijn emotioneler.

Ik heb vrienden waarmee ik soms maten dingen doe, zoals fikkie stoken, bbq’en voor het ontbijt, op Hunnenbedden klimmen of op de foto gaan bij het bordje van Maaskantje. Maar die bbq is dan vooral heel culinair, met gegrilde groentes, en tomatensoep, en er word zoveel bij gegiebeld en gekletst over de belangrijke dingen des levens dat zelfs deze activiteiten dan weer vooral vrienden activiteiten worden.

Ondertussen fantaseer ik over de romantiek van maten, die gaan vissen, en dan drie dagen niet met elkaar praten, behalve dan om elkaar af te zeiken over de lengte van hun penissen. Denk dat ik het saai zou vinden. En snel terug zou verlangen naar mijn vrienden, die gewoon lief mogen zijn en niet alleen nuttig.